Bijlage N.
20
Transport 23429.42
b. Uitkeeringen uit het Herstelfonds 1940 wegens
vergoeding van begrafeniskosten t.b.v. oorlogs
slachtoffers
3 gevallen. Totaal uitgegeven f 301.88
c. Uitkeeringen uit het Herstelfonds 1940 wegens
vergoeding van ziekenhuisverplegingskosten t.b.v.
oorlogsslachtoffers
1 geval. Totaal uitgegeven f 115.65
Totaal der uitgaven f 23846.95
B. ONTVANGSTEN.
Terugontvangen gelden van oorlogsslachtoffers in
gevallen, waarbij door betrokkene gedurende een be
paalde periode zoowel een uitkeering uit het Herstel
fonds 1940 als vanwege het C.B.V.O. werd genoten:
Totaal ontvangen f 737.54
De ondersteuning t.a.v. oorlogsslachtoffers geschiedde aanvan
kelijk volgens de richtlijnen, vervat in de circulaire van het De
partement van Sociale Zaken, Afd. S. B. (Bureau Herstelfonds)
No. 3-1465/3 d.d. 11 September 1941, waarop nadien nog diverse
aanvullende voorschriften werden verstrekt.
Door de circulaires, vastgesteld bij beschikking van de Ministers
van Binnenlandsche Zaken en van Financiën, d.d. 12 April 1945,
KAB/E. XXIII, Nrs. 2769 en 2770, nopens de geldelijke ver
zorging en organisatie van de verzorging der oorlogsslachtoffers
(ine. geëvacueerden) kwamen de werkzaamheden van het Herstel
fonds 1940 te vervallen en werden deze overgenomen door het
Centraal Bureau Verzorging Oorlogsslachtoffers (C.B.V.O.), ge
vestigd te 's Graven'nage, met als ondervertakkingen Provinciale
Bureaux Verzorging Oorlogsslachtoffers (P.B.V.O.) en Districts
Bureaux Verzorging Oorlogsslachtoffers (D.B.V.O.). De P.B.V.O.'s
werden gevestigd in de hoofdsteden van elke provincie, terwijl
elke provincie weer verdeeld werd in diverse districten met de
D.B.V.O.'s, welke laatste weer gevestigd waren in de centrum
gemeenten van elk district. De burgemeesters van de overige in
het district gelegen gemeenten (z.g. kringgemeenten) waren ge
houden alle verlangde tusschenkomst en medewerking ter zake
te verleenen, waartoe zij zich rechtstreeks in verbinding dienden
te stellen met het D.B.V.O.
In verband met het feit, dat bovenstaande regeling in het leven
Bijlage N.
21
werd geroepen op een tijdstip, waarop nog niet het geheeleland
bevrijd was, had deze aanvankelijk een tijdelijk karakter. Eerst
na de bevrijding van ons geheele land kon de nieuwe regeling
t.a.v. de verzorging der oorlogsslachtoffers (geëvacueerden) vol
ledig ter hand worden genomen.
Tengevolge van de eenigszins verwarde situatie, ontstaan door
de afwikkeling en eventueele overname van de nog loopende
gevallen van het Herstelfonds 1940 door het C.B.V.O., hebben
de werkzaamheden van laatstgenoemd bureau eerst in Juli 1945
daadwerkelijk een aanvang genomen.
2. Hulpverleening aan geëvacueerden (passanten).
Per 1 Januari 1945 werden 65 personen, behoorende tot 19
gezinnen, als geëvacueerden ondersteund. Hiervan ontvingen 17
gezinnen en 13 alleenstaanden vergoeding voor huisvesting en
voeding, terwijl 2 gezinnen en 1 alleenstaande in eigen huisvesting
voorzagen.
Deze personen waren afkomstig uit
Tusschen 1 Januari en 31 December 1945 werden 100 personen,
waarvan 27 gezinnen, 13 alleenstaanden, als geëvacueerden onder
steund. Hiervan ontvingen 16 gezinnen en 13 alleenstaanden
vergoeding voor huisvesting en voeding, terwijl 11 gezinnen in
eigen huisvesting voorzagen.
Plaats
Arnemuiden
Arnhem
Bergen (N.H.)
Castricum
's-Gravenhage
Heilo
Middelburg
Noordwelle (Z)
Ooltgensplaat
Scheveningen
Serooskerke (Z.)
Velsen
Vlissingen
Wilp
Zierikzee
Zutphen
Gezinnen
1
4
1
1
2
Alleenstaanden
Tot. aantal personen
3
11
2
5
12
3
4
4
1
1
3
5
2
2
3
4
Totaal
19
14
65