S1! Bijlage J. VERSLAG OVER DEN TOESTAND VAN HET GEMEENTE-ARCHIEF TE ZUTPHEN IN 1945. Het jaar der bevrijding is een tijdsperiode geweest, waarop ambtelijk gesproken de archivaris dezer Gemeente niet met veel voldoening kan terugzien. Want hoezeer ook met dankbaar heid vermeld kan worden, dat er van den kostbaren inhoud van het archief door het oorlogsgeweld niets is verloren gegaan, en ook de in Arnhem berustende Zutphensche archivalia gespaard zijn gebleven, toch moet onmiddellijk daar tegenover gesteld worden, dat er van een goed fuctionneerenden archiefdienst geen sprake heeft kunnen zijn, en dat er daarin voorloopig ook geen uitzicht op verbetering bestaat; immers de gebreken, die dien dienst aankleven, werden slechts voor een klein deel door de ongunst van den tijd veroorzaakt. In het rapport betreffende het archief, dat ik in Augustus van het verslagjaar aan Uw College toezond, heb ik op de belangrijkste van die gebreken en hun oorzaken reeds gewezen. Ik moge daarop, al wordt het eentonig, in dit verslag nog eens terugkomen. a. Wat den toestand der archieflokalen aangaat, hierin kwam een zeer te betreuren veranderingtoen het vertrek, dat tot bezoe kerskamer van het archief diende, voor een afdeeling der secretarie werd opgeëischt. Dit heeft ten gevolge, dat archiefbezoekers öf in de archivariskamer geplaatst moeten worden, waar ook de conservatrice van het Museum al geruimen tijd gastvrijheid vindt, óf in het archiefdepót, wat met het oog op de noodige controle een zeer ongewenschte toestand is. In dit verband wil ik voorts nogmaals den nadruk leggen op het ernstig gebrek aan plaatsruimte voor de verzamelingen. De bestaande reserve aan planklengte voor archief en bibliotheek tezamen bedraagt niet veel meer dan twee meterZelfs de normale, bescheiden aanwas aan archivalia en boeken is dus nauwelijks meer te bergen. Dit beteekent tevens, dat het onmogelijk geworden is archieven van opgeheven gemeentelijke diensten in bewaring te nemen, en dat ook van het evenzeer overbelaste nieuw-archief geen gedeelten meer overgenomen kunnen worden. Het behoeft stellig geen nader betoog, hoe uiterst ongewenscht deze toestand is. b. In den staat der brandbluschmiddelen kwam geen verandering, het zij dan, dat de bijzondere maatregelen door de luchtbescher-

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1945 | | pagina 44