30
tewerkgesteld, zijn uitgevoerd onder de dagelijkse leiding van de
Nederlandse Heidemaatschappij.
Particuliere werkverruimingsobjecten kwamen in 1944 niet voor.
Van de 2 objecten waarop in het verslagjaar gewerkt werd, was
1 centraal en 1 gemeentelijk object.
Voor het overzicht der objecten en de daaraan verbonden
uitgaven wordt verwezen naar het onder de bijlagen opgenomen
verslag van de dienst van sociale zaken (bijlage N.)
Arbeidswet 1919.
Omtrent de Arbeidswet 1919 kan het volgende worden vermeld.
Het totaal der op 31 December 1944 in omloop zijnde geldige
arbeidskaarten bedroeg voor jongens 105, voor meisjes 116 en
voor gehuwde vrouwen 7, totaal 228.
Door de politie werd geen toezicht gehouden op de fabrieken
en werkplaatsen.
Rijtijdenwet.
Ingevolge de Rijtijdenwet 1939 werden gedurende het verslagjaar
8 werkboekjes voor chauffeurs uitgegeven.
Winkelsluiting.
Evenals in 1943 hebben de onderscheiden vakgroepen van
winkeliers voor het jaar 1944 een collectieve aanvrage om ver
gunning tot het sluiten der winkels, wegens vacantie voor de
hoofden en het personeel, ingediend. Van gemeentewege wordt
er op toegezien, dat het publiek voldoende gelegenheid behoudt
zijn inkopen te doen. Deze gang van zaken heeft tot dusverre
bevredigend gewerkt.
Ten aanzien van de uitvoering van de Winkelsluitingswet en
haar uitvoeringsvoorschriften is verder niets bijzonders te melden.
Wet autovervoer personen.
Door de in April 1945 te Zutphen plaatsgevonden oorlogs
handelingen zijn alle gegevens hieromtrent verloren gegaan.
31
HOOFDSTUK XIII.
MAATSCHAPPELIJKE STEUN.
Crisismaatregelen.
Voor bijzonderheden omtrent de B-steun, de spaarregeling, de
verstrekking van goedkope levensmiddelen aan armlastigen en
werklozen en de werkzaamheden van het Brokkenhuis wordt
verwezen naar het onder de bijlagen opgenomen verslag van het
burgerlijk armbestuur en de dienst van sociale zaken (bijlage N).
Ziekenhuizen en krankzinnigengestichten.
Aan het door provisoren van het Oude en Nieuwe Gasthuis
ingediende verslag over 1944 wordt het volgende ontleend.
Bestuur.
De samenstelling van het college van provisoren van de stichting
onderging in 1944 verandering door het overlijden op 25 Juni
1944 van de heer J. A. Paap. Sedert 1925 maakte deze persoon
deel uit van het bestuur der stichting en van 1939 af was hij
voorzitter van het college van provisoren. Als voorzitter trad in
zijn plaats de heer W. F. C. van den Broek.
Op 31 December 1944 bestond het college derhalve uit de
volgende bestuursleden
W. F. C. van den Broek 11 September 1935 1947
F. J. M. M. Deurvorst 12 October 1936 1945
B. H. Vaags 11 November 1940 1946
Th. J. H. Kling 31 Maart 1941 1950
J. M. Reddingius 28 Januari 1942 1948
In het dagelijks bestuur hadden voor 1944 zitting de heren
W. F. C. van den Broek (wijlen de heer J. A. Paap tot 25
Juni 1944) en B. H. Vaags, eerstgenoemde als voorzitter, laatst
genoemde als secretaris.
Hoofdambtenaren.
P. van Bork, eerste geneesheer der psychiatrische inrichtingen.
M. J. Groot Wesseldijk, rentmeester der stichting.
Geneeskundigen.
Dr. C. F. Engelhard, geneesheer aan de psychiatrische inrich
ting „Het Groot Graffel" te Warnsveld.
14 jaar
15 jaar
16 jaar
17 jaar
Jongens
14
38
53
Meisjes
1
18
34
63
Naam Provisor sedert Treedt af op 1 Jan.