Bijlage V.
32
Hiervoor kan verwezen worden naar hetgeen daar
omtrent op bladz. 4 van het vorig jaarverslag is
geschreven. Gewenscht is nog meerdere gegevens te
verzamelen om na te gaan of het geknoei met maat
en gewicht zoodanige afmetingen heeft aangenomen,
dat een aanvulling van de Warenwet noodzakelijk
is. De bovenstaande resultaten en de reeds bij de
melk genoemde duiden er wel op, dat, nu het ver
krijgen van extra winsten door vervalschen der waren
steeds moeilijker wordt, enkelen deze toch trachten
te verkrijgen door te weinig aan maat en gewicht af
te leveren.
Controle onderzoekingen.
Ie. In samenwerking met andere diensten werd ge
tracht een bruikbare methode te vinden om rozijn-
azijn te onderscheiden van de z.g. snel-azijn. Aan-
wijzigingen zijn verkregen, dat in de bepaling
van het gehalte aan acetylmethylcarbinol van
rozijn-azijn de oplossing wel gelegen zal zijn.
2e. Een uitgebreid onderzoek werd ingesteld om
versche eieren te kunnen onderscheiden van
koelhuis-eieren. De methode van Groszfeld (Z.
U.L. 1916, bladz. 20) bleek geen voldoende
resultaten op te leveren, zoodat getracht wordt door
chemisch onderzoek van den ei-inhoud (b.v. het
ammoniak gehalte van de dooier) een oplossing
te vinden.
3e. Om na te gaan of er correlatie bestaat tusschen
schimmelgroei (klontervorming) en vochtgehalte
van specerijen werd de methode van Cantzler
en Rothschild (Z. U.L. 1927, 425) nagewerkt,
Bijlage V.
33
waarbij het vochtgehalte bepaald wordt met behulp
van de calcium carbid methode.
De resultaten met deze methode verkregen, bleken
voor stoffen, die geen aetherische oliën bevatten, geheel
overeen te komen met die, volgens de gebruikelijke
methode verkregen, terwijl voor stoffen met aetherische
olie zeer goed kloppende duplowaarden werden
verkregen.
Een correlatie als bovenbedoeld werd echter niet
gevonden.
Evenals het vorige jaar wordt om bezuinigings
redenen de opsomming van ondeugdelijke partijen in
geschreven staat, tegelijk met het jaarverslag aan
iedere gemeente afzonderlijk toegezonden, zoodat toch
daaruit aan elk gemeentebestuur kan blijken, welke
partijen gedurende het verslagjaar in hunne gemeente
aan de consumptie zijn onttrokken.
De Directeur van den Keuringsdienst
van Waren in het gebied Zutplten
H. W. DE KRUIJFF.