32
eerbied beeft voor de bij meerderheid kenbaar gemaakte
gevoelens en besluiten van den Raad met betrekking
tot kennis-vermakelijkheden werd verworpen.
Kunst.
L)e gunstige resultaten met de volksconcerten door
de Arnhemsche Orkestvereeniging in de vorige winter
seizoenen gegeven, behaald, gaven ons aanleiding U
te verzoeken ons te machtigen de noodige maatregelen
te nemen om ook in de volgende winterseizoenen vier
zulke concerten te doen geven. Dienovereenkomstig
werd op 6 September besloten.
Monumenten-verordening.
Ter verzekering voornamelijk van het behoud van
de vele fraaie oude gevels der stad werd op 1 Maart
een verordening op de monumenten in de gemeente
Zutphen vastgesteld.
Het door Gedeputeerde Staten gemaakte staatsrechte
lijke bezwaar tegen de bij artikel 2 ingestelde com
missie van beroep, bestaande uit „buiten het gemeente
bestuur" aangewezen particulieren werd noch door U
noch door ons gedeeld, hetgeen ingevolge Uw besluit
van 3 Mei aan gemeld college werd medegedeeld.
Uit een later ontvangen bericht, blijkt dat debetrokken
Minister in het bezwaar van Gedeputeerde Staten geen
aanleiding heeft gevonden om de verordening aan de
Kroon ter vernietiging voor te dragen.
De op grond van deze verordening opgemaakte lijst
33
van bouwwerken, waaraan zonder onze vergunning
geen veranderingen mogen worden gebracht legden
wij in Uwe vergadering van 1 November over.
Onderwijs.
Aan het bestuur van de R. K. Jongensschool werd
op 4 Januari een bijdrage van 50 verleend in de
kosten van het in orde brengen der speelplaats dier
school onder voorwaarde dat het bestuur zou overgaan
tot de invoering van het vak lichamelijke oefening.
Het verzoek om verstrekking van gelden voor ver
betering van den toegangsweg werd afgewezen.
Een verzoek van hetzelfde bestuur om vernieuwing
van banken voor die school werd op 4 October in
gewilligd en een dergelijk verzoek van het bestuur
der bijzondere lagere school David Evekinkstraat op
6 September.
De voorschotten aan de bijzondere lagere scholen,
bedoeld in art. 103 L. O. wet 1920 over 1926 en de
vergoedingen, bedoeld in art. 100 L.O. wet 1920 over
1924 werden op 22 November toegekend.
Op 4 Januari werd afwijzend beschikt op een verzoek
van de leeraren van de n. a. s. om bij den Min. v.
Onderw. K. en W. aan te dringen op hoogere salarissen
en om in afwachting van die verhooging een toeslag
op die salarissen te verleenen.
Uw College nam op 1 Februari onzen brief aan de
Provinciale Staten van Gelderland houdend het verzoek
de door Gedeputeerde Staten voorgestelde subsidie
regeling inzake het nijverheidsonderwijs niet aan te
nemen, voor kennisgeving aan.