Bijlage V.
8
te voldoen, dan volgde een waarschuwing en werd
na waarschuwing bevonden, dat melk van onvoldoende
samenstelling of reinheid werd verkocht, dan volgde
een publicatie in de courant.
Herhaaldelijk werd onze medewerking gevraagd in
die gevallen, waarin de verkooper niet tot verbetering
kon komen, waaraan steeds werd voldaan door een
onderzoek ter plaatse en zoo dit noodig bleek, door
het nemen van stalmonsters.
Teneinde de venters in de gelegenheid te stellen zich
aan de verordening aan te passen, werden de namen
van verkoopers van afwijkende melk voor het eerst
in April gepubliceerd.
Onderzocht werden 808 monsters van 92 verkoopers.
Deze monsters werden tijdens den verkoop langs de
huizen genomen in goed sluitende beugelflesschen van
1/2 Liter inhoud.
Het aantal geconstateerde afwijkingen bedroeg
Soortelijk
gewicht.
Vet.
Vetvrije
droge stof.
Zuur
graad.
katalase.
Reinheid
Totaal.
Januari
3
1
34
38
Februari
1
3
3
1
47
55
Maart
1
1
3
1
36
42
April
1
4
-
6
14
25
Mei
5
4
6
15
Juni
4
2
2
8
Juli
1
1
Augustus
2
2
September
1
2
1
4
October
1
1
2
4
November
1
1
December
1
1
Totaal
5
ló
16
2
12
145
196
Bijlijge V.
9
Het soortelijk gewicht werd bepaald met de lacto-
densimeter. Het laagste S. G. 1,0240 werd in Februari
gevonden bij de melk van een venter uit Warnsveld.
Deze melk bevatte eene groote hoeveelheid water, een
meer nauwkeurig onderzoek kon niet geschieden,
wegens toen nog onvolledig instrumentorium.
Na ontvangen waarschuwing heeft hij opgehouden
met den verkoop in deze gemeente.
Het vriespunt werd bepaald met het toestel van
Dekhuizen. 2 maal werd een toevoeging van water
geconstateerd resp. 15 en 8 bij een vriespunt
van 0,46 en 0,50.
Het vetgehalte werd bepaald volgens de acidbutyro-
metrische methode van Gerber en bedroeg gemiddeld
3,14 Het laagste vetgehalte werd gevonden in Mei
en Juni, eenmaal zelfs 1,9
De katalase was in April en Mei nog al eens hoog.
Bij microscopisch onderzoek kon herhaalde malen
eene uierontsteking, door streptococcen veroorzaakt,
geconstateerd worden. Deze ontsteking van den uier
kwam door het heerschend mond- en klauwzeer in die
maanden veel voor. Door opsporing der zieke dieren
en uitsluiting der melk, trad weldra verbetering in.
De reinheid liet in den aanvang zeer veel te wenschen
over. Van 48, 96 en 108 monsters resp. in Januari,
Februari en Maart genomen, waren resp. 34, 47 en 36
onvoldoende rein; van deze in het geheel 20 zelfs zeer
vuil. De ingetreden weidetijd bracht hierin verbetering,
evenals het gebruik van een filter, naar het model in
het laboratorium aanwezig, maar niet minder deden
dit de inmiddels verschenen publicaties in de courant.