Bijlage S.
4
Verder werden bij besluit van Burgemeester en
Wethouders van 7 Maart 1919, wegens volbrachten
diensttijd aan 24 manschappen van het brandweerper
soneel in de Hoven eervol ontslag verleend, welke
vacatures in verband met de aanhangige reorganisatie
van de brandweer, niet werden aangevuld.
Omtrent deze reorganisatie kan, gelijk werd vermeld
in het verslag over 1918, worden bericht, dat ook dit
jaar de aanschaffing van een electrische alarmeerin-
richting, wegens de hooge kosten van aanschaffing,
niet werd uitgevoerd. Wel werd getracht hieraan ge
deeltelijk tegemoet te komen door het plaatsen van
eenige Quick apparaten bij motordrijvers en pijpmeesters
van de motorspuit en mechanische ladder, doch blijft
naar het oordeel van den Brandraad de aanschaffing
van een electrisch alarmeersysteem voor de gemeente
noodzakelijk.
Met de telefonisch aangesloten stalhouders werd
overeengekomen dat ingeval van brand ook zij onmid
dellijk zullen worden gealarmeerd, ten einde zich dade
lijk met een opgetuigd paard ter beschikking van de
brandweer te stellen tot het vervoer van de motorspuit.
Wat betreft de werking van de Quick apparaten,
wordt vermeld dat, waar de door drukverhooging auto
matisch aan te steken straatlantaarns goed voldoen,
ook de quick-apparaten goed kunnen worden inge
steld en goed zullen werken, wanneer deze toestellen
behoorlijk worden ontzien, en kinderen of bewoners
van het perceel, waarin zoo'n apparaat is geplaatst,
niet trachten zelf hieraan iets te regelen. Ook wordt
niet steeds kennis gegeven van de goede werking van
Bijlage S.
5
deze apparaten. Eenmaal per dag worden de toestellen
van wege de Directie van de gasfabriek door drukver
hooging van het gas beproefd, en kan ieder bezitter
zich overtuigen van de goede werking.
De wijze van beproeving kan geen aanleiding geven
tot loos alarm, aangezien de duur van de beproeving
der toestellen zoo kort mogelijk is gesteld, terwijl inge
val van brand de drukverhooging eenige minuten
wordt aangehouden. Verder worden ter voorkoming
van misverstand, steeds op hetzelfde tijdstip de toe
stellen beproefd.
Op verzoek van den Majoor Oarnizoens Commandant
alhier, werd gerapporteerd over mogelijk brandgevaar
in de nieuw gebouwde cellen bij de kazerne op de
Nieuwstad.
Ook kan nog worden vermeld, dat de firma Koppel,
in verband met de haar gegeven voorschriften ter
voorkoming van brandgevaar, besloot het plan van
inrichting harer smelterij zoodanig te wijzigen, dat
op stoom zal worden gewerkt, waardoor mogelijk
brandgevaar tot een minimum wordt beperkt.
Bij Raadsbesluit van 6 Januari 1919 werden de jaarwed
den van den secretaris en van den bode van den Brandraad
herzien, en gebracht voor den secretaris van f 150.
op f 200.voor den bode van f 60. op f 75.
Bij Raadsbesluit van 17 Maart 1919 werd art. 19,
derde lid van gemeenteblad no. 4 van 1917 gewijzigd,
zoodat thans wordt betaald bij brand f 0.50 voor ieder
uur, dat bij dag dienst wordt gedaan, terwijl bij nacht
of op Zon- en feestdagen dit bedrag met 100% wordt
verhoogd.
