Bijlage R.
8
Hoedanigheid der regeeringsgoederen.
artikelen0603"'^1610 regeeringswege verstrekte
artikelen was over 't algemeen góed slechts enkele
wagons aardappelen werden afgekeurd.
Melkvoorziening.
Rantsoeneering voor melk behoefde niet te worden
ingevoerd, omdat gemakkelijk in de behoefte kon
worden voorzien.
Op de levering aan consumenten, werd met het
oog op den te betalen toeslag, voortdurend controle
gehouden, met het gevolg dat eenige melksliiters
sTe?denwerdenee' Verl,lelCle COI,suniP,i<;me'k Steverball-
Eiken Maandagmorgen werden door de slijters de
hen aan^kl aan«e»™de de hoeveelheid door
hen aan klanten geleverde consumptiemelk.
De hoeveelheid geconsumeerde volle melk bedroeg
wekelijks ongeveer 55000 a 60000 liters, karne- en
taptemelk 8000 liters.
Vieeschvoorziening.
Met uitzondering van één zending gezouten varkens-
Wtmeerd W6r Varkensvl—h gedis-
De slagers waren niet in staat het gezouten vleesch
tegen maximumprijs te verkoopen.
Het aantal te distribueeren regeeringsvarkens werd
Bijlage R.
9
in het najaar 1917 tot op de helft verminderd, daarna
werd het aantal slechts 18 varkens per week.
In aanmerking genomen dat het minimum slacht-
gewicht eveneens werd gebracht op 50 K.G. en dus
per week niet veel meer dan 900 K.G. varkensvleesch
te verdeelen viel, was het begrijpelijk dat eveneens in
dit rantsoeneeringsstelsel eene verandering noodzakelijk
werd, en werd het rantsoen per hoofd per week vast
gesteld op 50 gram.
De slagers waren verplicht dit vleesch niet anders
te verkoopen dan op bon en uitsluitend over de
toonbank.
Voor eene goede controle en in het belang eener
billijke verdeeling was dit noodzakelijk geworden.
Van de beschikbaarstelling van ritueel vleesch werd
ruim gebruik gemaakt.
Eveneens is dit uitsluitend op bons verkrijgbaar
gesteld.
Het rantsoen werd van 8 op 4 ons per hoofd en
per week teruggebracht.
Vet.
Gedistribueerd werd per tijdvak van 4 weken 3850
K.G. bak- en braadvet, terwijl nu na verhooging van
het rantsoen tot 350 gram 7125 K.G. verstrekt wordt.
Bij ontvangst wordt geregeld eenig onderwicht ge
constateerd onstaan door indroging.
Boter.
Steeds was voldoende voorraad boter voor verkoop
in de gemeente aanwezig.