130
Bestuur.
Ter voorziening in de vacature, opengevallen door
het overlijden van den heer W. C. Staring, werd in de
vergadering van den Gemeenteraad van 20 Maart 1916
benoemd tot Provisor, de heer J. Canters.
Verder kwam er in 1916 in het bestuur geen
verandering.
Ambtenaren en personeel.
De heer Dr. J. C. L. Godefroy, 3e Geneesheer aan
het Stadsgesticht, heeft zijn ontslag gevraagd tegen
15 Augustus 1916, hetwelk hem eervol verleend is.
Door den dood van de 1ste verpleegster, zuster
M. de Vries, verloor het Stadsgesticht eene uitsteken
de kracht.
Op 31 December 1916 bestond het verplegend
personeel in het Stadsgesticht in de Mannenafdeeling
uit 1 Hoofdverpleger, 1 eersten verpleger, 20 inwonen
de verplegers en 11 uitwonende verplegers. In de
Vrouwenafdeeling uit 1 Hoofdverpleegster, 1 eerste
verpleegster en 33 verpleegsters.
In het Buitengesticht bestond het verplegend per
soneel op 31 December 1916 uit 2 hoofdverpleegsters,
2 eerste verpleegsters, 33 verpleegsters, 6 verplegers
en 1 uitwonend verpleger.
De getalsterkte van het in- en uitwonend personeel
in de gestichten bleef dezelfde.
In de beide gestichten wordt geregeld door de
Geneesheeren een cursus gegeven in de zieken- en
131
krankzinnigenverpleging, waaraan al de nieuw aan
komende verpleegsters en verplegers verplicht zijn
deel te nemen.
In het Stadsgesticht behaalden 1 verpleger en 8
verpleegsters het eerste gedeelte van het diploma, 1
verpleger en 1 verpleegster het tweede gedeelte en
6 verplegers en 4 verpleegsters het derde gedeelte.
In het Buitengesticht behaalden 1 verpleger en 11
verpleegsters het eerste gedeelte van het diploma, 4
verpleegsters het tweede gedeelte en 2 verpleegsters
het derde gedeelte.
Patiënten.
De Godsdienstoefeningen werden geregeld gehouden
voor de Protestanten in de beide gestichten op Zondag
en voor de Roomsch-Katholieken in het gesticht te
Zutphen op Zaterdag en in het gesticht te Warnsveld
op Maandag. De Protestantsche patiënten worden
wekelijks door de predikanten der beide gestichten
bezocht, de Katholieke patiënten door den Kapelaan
van Zutphen.
Bovendien heeft iedere geestelijke toegang tot een
patiënt, die zijn toespraak verlangt en brengen ook
andere predikanten bezoeken aan patiënten, tot hunne
kerk behoorende. Ook worden de Protestantsche en
Katholieke godsdienstoefeningen in de kerkgebouwen te
Zutphen en te Warnsveld bijgewoond door patiënten, die
daarvoor door de geneesheeren geschikt worden geacht.
De gezondheidstoestand was in beide gestichten
gunstig.