118
Langs de Rozengracht werd aan den bovenkant van
het talud een afzetting geplaatst van betonpaaltjes met
afzetijzers. Het bestaande trottoir van cementtegels
werd verbreed. Ook langs den Berkelsingel werd een
dergelijke afzetting langs den bovenkant van het talud
aangebracht en het talud' opnieuw onder profiel ge
bracht.
Langs den weg naar Apeldoorn werden 130 stuks
iepenboomen geplant, terwijl de am. eikenboompjes
langs den Jacob Damsingel door linden werden ver
vangen.
Gedurende het jaar 1916 werd door gemeentewer
ken geïnd en aan den Gemeenteontvanger afgedragen
een bedrag van f 1871,39 als opbrengst van hak- of
snoeihout, gras, diverse huren enz., terwijl bovendien
nog werd verkocht voor een bedrag van f 15505,
zijnde de opbrengst van boomen staande in het
Coenenspark, bij den Overweg, aan den Apeldoorn-
schen straatweg en langs de Hoendernesterbeek.
Dijken en Waterkeeringen.
Het onderhoud van dijken en waterkeeringen ge
schiedde naar behooren, zij verkeeren over het algemeen
in een goeden toestand.
Enkele zomerkaden met name die langs de Berkel
en langs de weiden de Elshorsten alsmede die langs
het Lijnpad, hadden tijdens den hoogen waterstand
van den golfslag geleden.
Op den Marsch was zelfs een stuk uit den zomer
dijk geslagen van 15 M. lengte. Het uitgeslagen ge-
119
deelte werd hersteld, de dijk op voldoende hoogte
gebracht, en met graszoden bekleed; dit geschiedde
eveneens met andere beschadigde waterkeeringen.
De zomerkade langs den linkerberkeloever benoorden
de Pallandsbrug werd verhoogd, waardoor bij plotse
linge stijging der Berkel, het weiland de Groote
Koppelen, voor inundatie werd gevrijwaard.
De onderhoudskosten en herstellingen van boven
genoemde dijken en waterkeeringen hebben bedragen
t 470,06.
Algemeene Begraafplaats.
Het plantsoen op de begraafplaats werd naar
behooren onderhouden. Van de gelegenheid tot het
aan de gemeente in onderhoud geven van graven werd
door 1 particulier gebruik gemaakt, terwijl over twee
andere graven onderhandeld wordt. In het afgeloopen
jaar werden de grafpaaltjes grootendeels alle opnieuw
geverfd en genummerd.
De bij besluit van Burgemeester en Wethouders dd.
12 Februari 1915 afd. A/Z No. 513 benoemde opzich
ter over de begraafplaats, W. Hartemink, trad op
1 Aug. 1916 als zoodanig in functie.
Een gedeelte van de gracht om de begraafplaats
werd drooggelegd en de daarin aanwezige bezonken
restanten blad en modder verwijderd. De uitkomende
specie werd grootendeels door den dienst van lande
rijen voor bemesting van schrale gronden wegge
haald.