Bijlage N.
12
gunstiger dan 1915, wat moet worden toegeschreven
aan den buitengewonen verkoop van meststoffen.
Aan het einde van elk jaar staat er gewoonlijk op
de mestbergplaats een hoeveelheid ongesorteerd vuil
van 500 M3., omdat in het najaar de vraag naar
compost niet zoo groot is. In het najaar van 1916
was deze voorraad slechts 200 M3.
Door de snelle aflevering der compost hadden de
vaalten geen tijd te zakken en is schijnbaar het quantum
der afgeleverde compost grooter dan het vorige jaar.
Ook op de voorraden beer hebben verschillende in
vloeden medegewerkt, om een zoo groot mogelijke
hoeveelheid te kunnen afleveren.
Een en ander veroorzaakte een zeer gunstige finan-
tieele uitkomst.
Het nadeelig saldo, dat de begrooting voor 1916
aangaf bedroeg f 14899,50 terwijl het werkelijke nadeelig
saldo slechts f 7342,48 bedraagt.
Dit is enkel aan de veel hoogere ontvangsten te wijten.
Van de beer behoefde niets tegen lageren prijs te
worden opgeruimd, zoodat ook de verkoop van deze
meststof eene belangrijke stijging onderging, zooals
uit bijgaanden staat B is te zien.
Bijlage N.
13
A. Staat van aangevoerde stoffen.
AARD.
Aantal M3. verzameld in het jaar.
1912
1913
1914
1915
1916
Huisvuil en asch
4982
5168
5552
5566
5474
Veegvuil
833
936
928
878
986
Putmodder
1447
1401
1819
1452
1369
Beer v. h. tonnenstelsel
(geraamd)
3100
3100
3100
3100
3100
Beer v. h. putruimen
433
467
473
669
647
Van het asphixiatietoestel voor het afmaken van
honden werd wederom gebruik gemaakt.
Er werden dit jaar 57 honden en 9 katten, tegen
resp. 60 en 8 in het vorige jaar, afgemaakt.