Bijlage B. 10 Een bewoner der Polsbroek klaagde over eene mestver- zameling op een erf bij zijne woning gelegen. Bij een kort daarna ingesteld onderzoek bleek de mest reeds te zijn opgeruimd. Eemge bewoners van het Vischpoortplein klaagden over stank van eene slachtplaats achter hunne woningen gelegen. Bij het onderzoek kreeg de Commissie den indruk dat deze klacht zeer gegrond was, doch kon de oorzaak niet worden aangetoond, omdat de slachtplaats toen niet in gebruik was. Zij verzocht de klagers haar te waarschuwen, wanneer de hinder opnieuw werd ondervonden en heeft sedert geene nieuwe klacht hierover ontvangen. Een bewoner van de Houtmarkt klaagde over lekkage in den kelder zijner woning. Bij onderzoek bleek dat de gemetselde goot, onder den gangvloer dier woning gelegen en dienende tot afvoer van het huishoudwater, niet water dicht was en daardoor tevens vochtigheid van den binnen muur der woonkamer veroorzaakte. De eigenaar der woning werd verzocht verbetering aan te brengen, waaraan hij onmiddellijk voldeed. De gemet selde goot werd door een ijzeren buisleiding vervangen. De Commissie ontving klachten van twee bewoners der Barlheze over stank uit een riool, dat voor hunne woningen zich in de straatgoot en onmiddellijk daarbij gelegen straatkolk ontlast. Zij vermoedden dat in dit riool door den bewoner van een achter hunne woningen gelegen perceel, stankverwek- kende stoffen werden geloosd. Bijlage B. 11 Uit een onderzoek bleek, dat in dit achtergelegen perceel wel verschillende soorten van vleeschafval worden bewerkt, doch de aldaar wonende koopman ontkende, dat door hem in het riool dierlijke afval werd afgevoerd. Ook in verband met de inlichtingen aan de Commissie gegeven door den bewoner van het perceel gelegen aan de andere zijde van de werkplaats bij den koopman in gebruik, meende de Commissie de juistheid zijner verklaring in twijfel te moeten trekken. Zij vestigde daarom de aandacht van Burgemeester en Wethouders op deze werkplaats, met de mededeeling dat zij vermoedde, dat aldaar werkzaamheden verricht werden, waartoe eene vergunning ingevolge de hinderwet wordt vereischt. In antwoord hierop ontving de Commissie van Burgemees ter en Wethouders afschrift van een rapport, door den Commissaris van Politie over deze zaak uitgebracht. Uit dit rapport bleek, dat de oorzaak van de klacht niet kon worden aangetoond, doch dat ook in de werkplaats bij herhaald onverwacht onderzoek door de politie geen afval werd gevonden. Nadat door de Commissie bij Burgemeester en Wethou ders de aandacht op deze zaak is gevestigd, kwamen hierover geen klachten meer in. Een bewoner der Beukerstraat klaagde over een lek in een gedeelte van zijn kelder, gelegen onder een aangren zend perceel. De stank door het lekkend water verspreid, wees op ondichtheid eener afvoerleiding. De Commissie richtte een schrijven tot Burgemeester en Wethouders waarbij zij op dezen toestand de aandacht

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1916 | | pagina 121