dinlZZTZ m We,houders hebben - -»«■
ofZLS,eddr T bii WiiZe Va" Pr°ef maandelijks
h l'een Z Tk°*a™ te °ntan^
t„een door diakenen aan armen was uitgegeven
Bijlage R.
42
de°°kerkerI,SCHU,d °nderstand te weigeren en dat waar
de kerkelijke diaconie zich van het verleenen van
onderstand onthoudt, de Burgerlijke Gemeente de
meest noodzakelijke hulp moet verstrekken."
dendér' Verzocflfen d<^nen aan
nemen als in d "Z°°dani^ maatregelen te
emen als m de gegeven omstandigheden nuttm en
wenschelijk geoordeeld worden g
W len teffe "°S schikki"f! "-el de diaconie
willen treffen, waarvoor zij den 16 Februari 1900 eene
bijeenkomst met haar hadden wueene
die ten laste der Oemeenle komen, en dafbedno
wordt gerestitueerd." oecirag
In verband met art. 14 van het synodaal reglement
bleven evenwei diakenen tegen het voorstel van Bur
gemeester en We.liouders bezwaar maken om de
ra vooi die armen aan hun geheele college 0n te
dragen. Deze kwestie was hiermede afgedaan.
VI. De Roomsch Catholieke Diaconie.
Doel. Er bestaat voor het ^eheele P r o
facneeie k. O. armwezen
sïelï18? 7» L"recl" een reS'ement, vastge-
stel 18 Januari ,855. da, nog steeds van krach, is
Art. 1 van dat reglement zegt:
vin v6* '<a!h0,ieke Armwezen in de daaruit voorfae-
oe.de of daarmee verband houdende instellingen van
liefdadigheid staan, in de geheele uitgestrektheid van
Bijlage R.
43
het Aartsbisdom, onder het kerkelijk gezag en opper-
toezigt van den Aartsbisschop.
De bestuurders dezer instellingen zijn aan hem ver
antwoordelijk wegens hun beheer. Zij nemen de bepa
lingen in acht, welke bij dit Reglement zijn voorge
schreven".
Onder toezicht van het R. C. armbestuur staat het
St. Elisabethsgesticht in den Geweldigershoek, waarin
ouden van dagen en vrouwelijke weezen worden ver
pleegd. De R. C. diaconie besteedt de mannelijke wee
zen elders uit, gewoonlijk in het Leo-gesticht te Borculo.
In het St. Elisabethsgesticht worden ook kostkoopers
van beiderlei sekse opgenomen.
Geschiedenis In 1830 kwam in een tuin in den
Geweldigershoek een gesticht tot huisvesting van R. C.
armen tot stand, bestaande uit 29 woningen, een por-
tiershuis en eene kapel. Voor de zieken was eene af
zonderlijke zaal aanwezig.
Het R. C. armbestuur was niet gelukkig met die
woningen.
„De voortdurende ontevredenheid en eindelooze
klachten der verpleegden, de aanhoudende afwisseling
van bewoners, de lasten der administratie enz.", zegt
Van Oppenraaij, „deden het bestuur weldra inzien,
dat die toestand onhoudbaar was.
De gegevens over de geschiedenis der R. C. diaconie
zijn door mij hoofdzakelijk ontleend aan een opstel van
den heer J. M. van Oppenraaij over de Geschiedenis der
R. C. Gemeente na de Reformatie, geplaatst in het archief
voor de geschiedenis van het aartsbisdom Utrecht deel
XXVIII.