36
centrale" een stuk gemeentegrond verkocht deel uitma
kende van het kadastrale perceel gemeente Zutphen,
Sectie B No. 1276 tot eene oppervlakte van 578 M2.
voor f 2492,—.
Bij Raadsbesluit van 6 April 1914 werd aan A. de
Vries een stukje gemeentegrond verhuurd, gelegen
aan de Rozengracht en deel uitmakende van het kadas
trale perceel Gemeente Zutphen, Sectie F No. 5629,
tot een oppervlakte van 35 a 40 M2. voor f 12,-
per jaar.
Aan de firma Gast Co. werd met intrekking van het
onder b van het Raadsbesluit van 5 Januari 1914 bepaal
de, verkocht een stuk gemeentegrond groot 54,77 M2.
voor f 3,90 per M2., terwijl verder ter verbetering der
begrenzing van den eigendom van de firma een ruiling
van grond met de gemeente plaats had. Verder werd
aan de firma Gast Co. voor 10 achtereenvolgende
jaren verhuurd 3,56 M2. grond tegen f 0,16 per M2.
Vorenstaande verkoop, verhuur en ruil heeft betrekking
op gronden gelegen achter den eigendom van de firma
Gast Co. aan de Waterstraat.
Bij Raadsbesluit van 4 Mei 1914 werd aan D. Stolp
een stukje gemeenteterrein aan de Noorderachterhaven
verhuurd voor f 6,— per jaar, en aan G. de Weerdjr.
een stuk terrein aan de Vischpoorthaven voor f 37,20
per jaar.
Bij besluit van Burgemeester en Wethouders van
15 Mei 1914 werd op zijn verzoek A. G. Kerkmeijer
ontslagen van een gedeelte van het door hem gepachte
terrein op den Houtwal, terwijl dit terrein opnieuw
werd verhuurd aan J. Stegeman.
37
Bij besluit van Burgemeester en Wethouders van
21 Juli 1914, afd. A/Z No. 2452, werd op zijn verzoek
G. R. Wesselink ontslagen van de pacht van perceel
35 op den Houtwal groot 536 M2. en aan hem opnieuw
verhuurd het nieuwe perceel 35 op den Houtwal ter
grootte van 276 M2, terwijl aan H. R. A. Landeweert
werd verhuurd perceel 49 groot 260 M2.
Bij besluit van 4 Mei 1914 werd aan F. J. Trijber
de gracht om de begraafplaatsen aan den Warnsveld-
schen weg met ingang van 1 Mei 1916 voor zes
achtereenvolgende jaren verhuurd voor f 20,per jaar.
Bij besluit van Burgemeester en Wethouders van
23 Juni 1914, No. 2061, afd. A/Z, werd aan K. M. de
Bruijn vergunning verleend tot het bevisschen van
onverpacht gemeentewater tegen betaling van f 2,50.
Bij besluit van 5 Mei 1914, No. 1502, afd. A/Z,
werd aan P. van der Sman vergunning verleend tot
het bevisschen van onverpacht gemeentewater tegen
betaling van f 2,50.
Tengevolge van de werkloosheid werden bij wijze
van werkverschaffing verschillende personen in het
werk gesteld aan werkzaamheden ter verbetering van
verschillende landerijen.
In een der vertrekken van het erve „den Brink"
werd de oude klinkervloer vervanger door een vloer
van porland cement.
De toestand der gemeentelanderijen over 1914 kan
over het algemeen gunstig genoemd worden.
De hooge waterstand in de maand Maart welke op
den 21 dier maand een hoogte bereikte van 7,92 M.