Bijlage B.
28
hoofdzaak betrekking hebbende op de wijze van pasteuri-
satie, in de zuivelfabriek te Eefde toegepast. Naar aanleiding
hiervan werd door twee leden der Commissie eene bespre
king gehouden met den directeur dezer zuivelfabriek, die
hen toezegde de inrichting voor het pasteuriseeren'van
melk in zijne fabriek te zullen verbeteren. Het resultaat
van een daarna herhaald onderzoek der hier verkocht
wordende gepasteuriseerde melk is als bijlage VII tot dit
verslag opgenomen. Daaruit blijkt, dat de pasteurisatie
der voor dit tweede onderzoek gebruikte melk op vol
doende wijze had plaats gehad. De aandacht der Com
missie blijft echter op dit voor de volksgezondheid zoo
belangrijke voedingsmiddel gevestigd.
Voorts gaf de Commissie opdracht tot het onderzoek
van verschillende merken margarine, die in deze gemeente
verkrijgbaar zijn. Voor het resultaat van het onderzoek
van 22 dezer monsters margarine wordt verwezen naar
bijlage Vill van dit verslag, waaruit blijkt, dat van de 15
volledig onderzochte monsters 20% ondeugdelijk van samen
stelling zijn, terwijl daarenboven van de 7, alleen op water
gehalte onderzochte monsters, er nog 1 ondeugdelijk van
samenstelling werd bevonden.
In Juni werden bijna alle leden van een gezin wonende
aan den Warnsveldschen weg min of meer ernstig onge-
gesteld. Men bracht deze ongesteldheid in verband met
iiet gebruik van leverworstook de behandelende genees
heer achtte de waarschijnlijkheid niet uitgesloten, dat zich
hier een geval van vleeschvergiftiging voordeed. Daar er
van de worst niets meer aanwezig was, noch bij de ver-
Bijlage B.
29
bruikers, noch bij den slager, waar zij gekocht werd, was
het de Commissie niet meer mogelijk na te gaan of hier
werkelijk worstvergiftiging had plaats gehad. Een harer
leden die de zaak bij den slager onderzocht, wees hem
evenwel op het gevaar, verbonden aan den verkoop van
leverworst in warme zomerdagen.
Verordeningen op het keuren van levensmiddelen, enz.
kwamen ook in dit jaar in deze gemeente nog niet tot stand.
Het melkonderzoek in 1913 en 1914 voor de Commissie
verricht, heeft weder aangetoond hoe hoogst noodzakelijk
het mag genoemd worden, dat in den bestaanden toestand
spoedig verbetering worde gebracht, door het invoeren
eener verordening regelende den verkoop van melk.
HOOFDSTUK XI.
Uitvoering en handhaving van wetten en verordeningen.
Door Burgemeester en Wethouders van Zutphen werd
bij schrijven van 18 januari 1914 aan de Commissie advies
gevraagd over een ontwerp-voorstel aan den Raad, tot
aanvulling der Bouwverordening. Hierop is bericht dat de
Comissie zich met het voorstel kon vereenigen.
Bij schrijven van 19 Mei 1914 werd aan de Commissie
door Burgemeester en Wethouders om advies gezonden,
het ontwerp eener Verordening op de gemeente-artsen en
gemeente-vroedvrouwen te Zutphen, tevens instructie voor
deze ambtenaren.