90
lieeren een cursus gegeven in de zieken- en krank
zinnigenverpleging, waaraan al de nieuw aankomende
verpleegsters en verplegers verplicht zijn deel te nemen.
In het stadsgesticht behaalden 2 verpleegsters en
8 verplegers het le gedeelte van het diploma, 5 ver
pleegsters en 2 verplegers het 2e gedeelte en 5 ver
pleegsters en 1 verpleger het 3e gedeelte.
In het Buitengesticht behaalden 9 verpleegsters en
1 verpleger het le gedeelte van het diploma, 5 ver
pleegsters het 2e gedeelte en 7 verpleegsters het 3e
gedeelte.
Badhuis.
Gedurende 1910 werden 13414 baden genomen;
8638 door mannen en 4776 door vrouwen.
Gebouwen.
In het Gasthuis, het Ziekenhuis en op het Groot-
Graffel werden de gebouwen goed onderhouden en
de noodige herstellingen uitgevoerd.
Het stadsgesticht werd aan de Rozengrachtzijde en
aan het Baggeroord geverfd en op het Groot-Graffel
werden twee paviljoens uitwendig en één inwendig
geverfd
Mede werd op het Groot-Graffel een aanvang ge
maakt met den bouw van eene dubbele woning,
bestemd voor gezinsverpleging.
91
Boerenerven en landerijen.
Deze werden goed onderhouden; de noodige ver
anderingen en verbeteringen werden aangebracht.
e. Geneeskundige dienst bij armen, verpleegd
in hunne woningen.
Deze dienst wordt waargenomen door de genees-
heeren Dr. A. J. VAN Rhijn en Dr. E. J. W. HOLLE-
MAN, die ieder daarvoor eene jaarwedde genieten van
600,-.
Bovendien zijn er nog twee gemeente-geneesheeren
voor den heel- en verloskundigen dienst waarvan de
een belast is met dien dienst in de stad, de ander met
dien in het Ziekenhuis. Gemeente-arts, belast met den
heel- en verloskundigen dienst in het Ziekenhuis is
Dr. J. van der HOEVEN te Eefde op eene jaarwedde
van 300,arts, belast met dien dienst buiten het
Ziekenhuis J. L. SIEMENS, op eene jaarwedde van
f 600,—.
De heer J. L. SIEMENS werd tevens belast met het
verrichten van de doodschouw, waarvoor hij eene be
looning geniet van 100,— per jaar.
Verder zijn er 2 Gemeente-vroedvrouwen, wier jaar
wedden tot en met 31 December 1910 bedroeg ƒ200,—.
Bij Raadsbesluit van 30 December 1910, No. 3,
werd hare jaarwedde verhoogd met 150,— en
alzoo gebracht op ƒ350,zulks met ingang van 1 Ja
nuari 1911.