36 37 Y. KRIJGSWEZEN. A. Wapenen. Anxt lijef noch lode, en laet nijt mede. int rechte komen Mer recht te doen. daer op weest koon. liet sal v vromen Neemt aff die koren, diet verboren, ende nijt te laten Het stercket die guede. die quade krijoht liode. en" moet lie saté Dat hoert ten recht, dat laet al slecht, ten rechte gaen Dat v toe hoert, bescheit dat voert, dats wael ghedaen H. 87,5 c. Br. 186 c. 266. Alsvoren, doch met het opschrift: Ghi heren machtich. blijft eendrachtich. ende volgetden reden Doe ghi dat. soe sal v stat. wael staen in vreden In uwen moet. wat ghi doet. god den heren voerset Alle vwe saken. die sullen raken, voel te bet Doet bescheit wicht watmen seit. ende laet nijt varen Arm ende rijck. doet alle ghelijck. god sal v sparen. Anno dni 1522. H. 87,5 c. Br. 186 c. De nummers 265—266 hebben blijkbaar in de kamer ge hangen, waar de schepenen hun vonnis uitspraken. De opschriften zijn anterieur aan 1522, althans dat van n° 265, hetwelk reeds gedeeltelijk voorkomt op de ütrechtsche banklok van 1471. Vergel. Nav., jaarg. 1893, blz. 467. 267. Fragment der eikenhouten schepenbank (middenstuk der wandbetimmering). Het stelt Themis voor, staande op een Korintisch kapiteel, dat zich in eene door twee zuiltjes gedragen frontispice bevindt. Het beeld van Themis mist aangezicht, zwaard en weegschaal, welke het blijkbaar verloren heeft in de revolutie van 1795. H. 298 c. Br. 221 c. Tadama geeft tegenover blz. 240 eene afbeelding dezer schepenbank. Vergel. Nav., jaarg. 1893, blz. 469. 268. Koperen cachet met houten handvat, gebruikt voor het opdrukken van natte zegels; op het cachet de gekroonde Fransche adelaar met uitgespreide vleugels. Rarid- schriftJUGE DE PAIX A ZUTPHEN ISSEL- SU PERIEUR. Middell. 3,5 c. 269. Afdruk van n". 268. 270. Koperen cachet met houten handvat. Op het cachet de Fransche adelaar met uitgespreide vleugels, geplaatst oj) een koningsmantel en gedekt door eene koningskroon. Randschrift: JUGE DE PAIN A ZUTPHEN ISSEL- SUPERIEUR. Middell. 2,9 c. 271. Afdruk in lak van n". 270. De nummers 268 en 270 zijn uit den tijd van het Fransche keizerrijk. 272. Spaansch rapier. Geschonden. Rapier L. 97,5 c., gevest L. 14 c., pareerst. Br. 28 c. Gevonden met een kogel (zie n" 298) in een akker, liggende in de Hoven en genaamd „de Teuge". Geschenk van den heer Jhr. II. A. D. Coenen. 2/3. Degen met platte, cc-vormige pareerstanghet gevest met koper bekleed. Geschonden. Degen L. 71 c., gevest L. 15,5 c., pareerstang Br. 7,5 c. 274. Sabel met beugel. Geschonden. Sabel L. 66,2 c., gevest L. 12 c., pareerstang Br. 17,5 c. 275. Dolk, de pareerstang aan de uiteinden van eikels voorzien. Geschonden. Dolk L. 22,8 c., gevest 10,4 c., pareerstang Br. 12,5 c. 276. Dolk, met een ring aan de pareerstang. Geschonden. Dolk L. 24,4 c., gevest L. 10 c. pareerstang Br. 13,1 o. 277. Fragment van een zwaard met pareerstang. Geschonden.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1894 | | pagina 118