2 ber 1893 overleed hij echter, buiten deze Gemeente. De school verliest in hem eenen bekwamen en uitne- inenden onderwijzer, die tot het laatst toe, niettegen staande zijne zwakke gezondheid, met opgewektheid en groote plichtsbetrachting werkzaam was. In zijne plaats werd in de Raadszitting van den 4 December 1893 benoemd de heer G. J. Reerink, on derwijzer aan school F. Deze is echter nog niet in functie getreden. Aan school C werd wegens vertrek naar Indië aan den heer J. H. Yrugtman in de Raadszitting van 5 December 1892 eervol ontslag verleend. Met het oog op de plannen tot reorganisatie der scholen B en C werd besloten, voorloopig in de vacature niet te voor zien. Toen echter tot die reorganisatie door den Raad was besloten in zijne zitting van 5 Juni 1893, en het bleek, dat in ieder geval nog een onderwijzer of eene onderwijzeres na de reorganisatie noodig zoude zijn, werd met het oog op de bezwaren, aan een langer voortduren der vacature verbonden, door Heeren Burge meester en Wethouders besloten, tot de oproeping van sollicitanten naar de betrekking van onderwijzeres aan school C over te gaan, en werd daartoe in de Raads zitting van 6 November 1893 benoemd mej. C. E. Bae- rents onderwijzeres aan school Gdie nog niet in functie is getreden. Aan school E trad de heer J. van der Yies den 1 Januari 1893 in functie. Mej. H. A. Hueting, die in de Raadszitting van 6 Februari 1893 op verzoek eervol ontslagen werd, werd tijdelijk vervangen door mej. J. A. Schutte, terwijl in de Raadszitting van 27 Maart d.a.v. tot onderwijzeres aan school E werd aangesteld mej. G. M. Brinkmann, die den 1 Juni in functie trad. Aan school G werd gedurende de ziekte van mej. E. Yrugtman, van 1 September 30 November 1893 tij delijk onderwijs gegeven door mej. J. A. Schutte, daartoe door Heeren Burgemeester en Wethouders aan gesteld bij besluit van 31 Augustus 1893. Op de school voor Ckr. Nat. Onderwijs op het Oude Want vertrok de heer H. Yissink met het einde van den cursus. Yan 1 September tot ultimo December werd zijne plaats ingenomen door jonkvrouwe A. E. de Jonge. Op de school voor Ckr. Nat. Onderwijs op den Paar- denwal vertrok de onderwijzer W. A. Zeiler met 1 Mei 1893 en werd vervangen door den heer J. B. Schu- kink, terwijl wegens het toenemen van het aantal leer lingen hot onderwijzend personeel werd uitgebreid door de aanstelling van den heer H. den Breejen. Op de Roomsch Katholieke jongensschool werd de on derwijzer W. Röben op 30 April 1893 eervol ontslagen en vervangen door den heer J. J. van der Meulen. Daar deze weder den 30sten September vertrok, werd hij tegen 1 October vervangen door den heer J. H. Wermelink. De toestand der gehouwen en lokalen der openbare en bijzondere scholen is over het algemeen zeer bevredigend. Daar met het bouwen van een nieuw gebouw voor

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1893 | | pagina 78