'ÖS' idii Idem aan den opperbrandmeester bij den vasten aan jager n°. 3 in de Hoven, de heer D. OCKERS; in zijne plaats werd benoemd de heer H. D. J. Timmer. Bij diezelfden aanjager werd tot brandmeester be noemd de heer G. A. B. Ockers, in plaats van den heer H. D. T. Timmer voornoemd. Bij slangenwagen n°. 3 werd benoemd tot opper brandmeester de heer W. H. Schukking, in plaats van den heer L. G. Maaldrink die op zijn verzoek eer vol werd ontslagen, en tot brandmeester bij dien slan genwagen de heer J. C. GOLDENBERG. Rampen. Behalve eenige kleine schoorsteenbranden, waarbij door de brandweer geen hulp behoefde verleend te wor den, ontstond er een begin van brand op 10 Juli in het pakhuis van VLES in de Roode Torenstraat. Door den met spoed aangevoerden brandkraanwagen der politie, werd de brand, zonder groote schade toe te brengen, gebluscht. De Generale Brandmeester en adjunct Generale Brandmeester Namens hen, G. LIJSEN, 2e Adj. Gen. B. Maart 1893. I IN Li O U D. Hoofdstuk. Bladz. I. Bevolking 3 II. Verkiezingen 5 III. Gemeentebestuur 7 IV. Geldmiddelen V. Gemeente-eigendommen, werken en inrichtingen Vla. Medische Politie 36 VU. Gemeente-Politie 47 VII. Nationale Militie en Schutterij 49 VIII. Kerkelijke zaken Si IX. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen X. Armwezen 62 XI. Landbouw en Veeteelt 70 XII. Nijverheid, Handel en Scheepvaart 76 XIII. Inrichtingen in verband staande met de uit- oefening van Handel en andere bedrijven 87 2 ZUTPHEN 19 20 52

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1892 | | pagina 94