°\l 2 Aanvangende met het onderwijzend personeel moeten we ook ditmaal wederom een niet gering aantal mutatiën daarin mededeelen. Op 3 Maart 1879 werd aan Mejuffrouw H. van den Broecke op haar verzoek een eervol ontslag verleend als h alponderwijzeres aan de le Openbare School, en werd in hare plaats benoemd Mejuffrouw M. Meijer, die kort daarop wederom haar ontslag vroeg en verkreeg, en, na eerst tijdelijk te zijn vervangen door Mevrouw de Lange daarna door Mejuffrouw L. J. Bruinier, met ingang van 15 November j.l. eene definitieve opvolgster verkreeo- iu Mejuffrouw A. C. d'Ardenne Ankringa. Door het vertrek van den Heer J. H. van Leeuwen naar eldersmoest opnieuw in het onderwijs in de kennis c er natuur aan deze school worden voorzien. Op verzoek dezerzijds werd dat onderwijs opgedragen aan den nieuw benoemden leeraar in de wis-, werktuig-en natuurkunde aan de Burgeravondschool, den Heer Kuijpers. Aan de 3e Openbare School werd in de eerste plaats voorzien in de aldaar op 1 Januari 1879 bestaande vaca ture door de benoeming van J. H. Graffelman, terwijl H. J. Schaap en J. van Lohuizen, die in den loop van dit jaar op hun verzoek een eervol ontslag als hulponder wijzers aan deze School bekwamen, de eerste wegens ver trek naar Indie, vervangen werden door O. Kouwenaar eu G. L. Rutgers. Door het vertrek van J. van Lohuizen ontstond tevens eene vacture aan de Avondschool, verbonden aan de 2e Openbare School, waarin door de benoeming van Graf felman voornoemd werd voorzien. Voor de vacante Hulponderwijzersplaats aan de 5 e Openbare School werd bij Raadsbesluit van 3 Februari lenoemd C. M. J. van Oeveren, die daarop den 1 Maart J.l. m functie trad. 3 Aan de 2e Gez. Bijz. School ontstond door het vertrek van de Hulponderwijzeres Mejufvrouw M. Vrügtman eene vacature, -waarin echter zeer spoedig door de aanstelling- van G. J. A. Nijenhüis werd voorzien. De in ons voorgaand verslag genoemde vacatures wer den dus beide wederom aangevuldzoodat we het jaar 1880 met een voltallig personeel zijn ingegaan. Ook de Bijzondere Scholen deelden ruimschoots in de voorkomende mutaties. A. Brouwer, Hulponderwijzer aan de Chr. Nat. School, vertrok naar elders, en werd eerst vervangen door J. Z. Schuurman Stekhoven, die, na een zeer kort verblijf, wederom plaats maakte voor T. Joosten. Aan de R. Cath. School ontstond eene vacature door het vertrek van TV. Caspers, waarin niet werd voorzien; om welke reden zal nader blijken. De in ons verslag over 1878 in het verschiet gestelde leiandeiingdie dit jaar aan de School van den Heer Kouwenaar tot stand kwam. was oorzaak dat de aldaar werkzame Hulponderwijzer J. H. Graffelman van daar vertrok, zonder te worden vervangen, zoodat die Hoofd onderwijzer thans zonder hulppersoneel werkzaam is. Eindelijk werd ook de nauwelijks gekomen secondante van de School van Mejufvrouw van der Hoeven, Mejuf vrouw F. 0. Munk, wederom vervangen door Mejufvrouw Gaillard. Alvorens van het personeel af te stappenmogen we, na de opsomming der minder weuschelijke mutatiën, ook de feiten die, in tegenstelling van het voorgaande, doen blijken van eene zeer te waardeeren stabiliteit van eenige in deze Gemeente werkzame Hulponderwijzers niet onver meld laten. Drie Hulponderwijzers toch, en wel A. L. Otto, H. J. Schaap en A. W. Surink werden overeenkomstig de b J

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1879 | | pagina 63