28
B. Semmelink voor onderwijs in liet rekenenalgebra
en meetkunde werd gemiddeld bezocht door 53 leerlingen
2 minder dan het jaar te voren.
De bijzondere Zondagschoolgehouden de onderwijzers
J. de Vries en P. A. Biermasz, bleef op den vroe-
geren voet. Het onderwijs wordt er kosteloos gegeven.
Van de bijzondere school van den onderwijzer J. Jan
sen ten doel hebbende om volwassenen te leeren lezen
maken slechs zeer weinigen gebruik.
De normaallessen zijn in het vorig jaar door 68 kwee-
kelingen bijgewoond, waarvan 18 buiten-kweekelingen8
hebben in dat jaar acte van hulponderwijzer verkregen.
Alhier bestaat een Onderwijzers-gezelschaptellende 9
leden.
In deze gemeente zijn aanwezig drie Bewaarscholen
als eene voor minvermogenden, waar niets wordt betaald
en waarop zich bevinden 200 kinderen.
Een bijzondere voor R. C.tellende 177 kinderen, en
eene bijzondere voor gegoeden, tellende 81 kinderen.
Aan het Stedelijk Gymnasium zijn bij voortduring zes
onderwijzers verbondenals een rectoreen praeceptor
twee leeraren in de moderne taleneen leeraar in de ge
schiedenis en aardrijkskunde en een in de wis- en natuur
kunde, met uitzondering van een, allen Litt. Doctoren.
Het getal leerlingen op deze inrigting bedroeg in de
le afdeeling 41in de 2e afdeeling 52in het geheel al-
zoo 93.
Bij voortduring wordt het onderwijs aldaar gegeven ge
roemd, en het daaiwoor in 1851 ingerigt gebouw voldoet
ook op den duurvooral nu door in de straat daarlangs
klinkersteenen in plaats van keijen te leggen, het geraas,
door voertuigen anders veroorzaakt wordendeveel minder
hinderlijk is geworden.
De door het Departement Zutphen der Maatschappij
tot Nut van 't Algemeenin 1842 alhier opgerigtc school
29
voor Toeken- en Bouwkunde, alsmede werkscliool, bleef
sedert hare oprigting en alzoo gedurende een tijdvak van
21 jaren, aan het dool, hetwelk men zich bij hare oprig
ting had voorgesteld, beantwoorden. Gedurende dat tijd
vak werd het onderwijs aan een aanzienlijk getal leerlingen
gegeven, gemiddeld hebben jaarlijks ruim twintig leerlin
gen hetzelve kosteloos genoten. De uitkomsten der studie
zijn minder naauwkeurig op te sporen bij die leerlingen,
welke de kunst alleen beoefenen als middel ter beschaving
en uit liefde voor de kunst zelveniettemin zijn er ge
noegzaam bewijzen voorhandenom te doen zientot welk
eene belangrijke hoogte sommige jongelieden het in de
handteekenkunstboetseerkunst en verdere vakken hebben
gebragt. Hieruit volgt dan ookdat meer sprekende re
sultaten der Teekenschool zijn op te sporen en aan te wij
zen bij de leerlingenwelke in de bouwkunst worden on
derwezen zij toch beoefenen de kunstom van haar nut
in het dagelijksch leven te trekkenen voorts om in den
stand of het handwerkwaarvoor zij worden opgeleidhet
tot eene hoogte te brengen welke onze tijd vordert, en,
ofschoon hier en elders verspreid, zijn zij zoo vele bewij
zen van het doeltreffende der instelling en getuigen hun
stand in de maatschappij en hunne werkenwat zij hier
hebben geleerd en welk een grond zij hebben gelegd voor
hunne verdere ontwikkeling. Velen toch doen hun stand
als bazen of onderbazen, hier en elders werkzaam, eer aan.
Van de jongelieden, die op de school hunne bouwkun
dige opleiding genotenzijnvoor zoo ver men heeft kun
nen nagaan, sedert hare oprigting in 1842 in de maat
schappij geplaatst 10 als timmermansbazen, 7 als metse
laarsbazen 9 als aannemers van Rijks werkeneen als
stukadoor3 als landmeters11 als opzigterswaarvan 3
bij den Waterstaat, 2 bij de Rijks spoorwegen, 3 bij stads
werken en 3 bij particuliere werken. Vijf architecten
waarvan een te New-York, een te silageeen te Gorinchem