JAARVERSLAG
WIJNHUISFONDS
<33
TE ZUTPHEN
OVER 1942
Bijlage
2
De definitieve beschrijving van zulke archieven, zooals trouwens
van alle archieven, heeft in deze tijden meer dan ooit haar nut
het is goed, om te luisteren naar het waarschuwend „hodie nobis,
eras vobis, collegae", dat de archivaris van Middelburg in zijn
bespreking van den inventaris van het oud-archief van Arnhem
laat hooren. Archiefstukken zijn uiteraard onvervangbaar, maar
indien het lot wil, dat er ons nog slechts een hoopje asch van
rest, dan zijn wij toch dankbaar voor den wegwijzer door de
schatten, die verloren gingen
In het begin van het verslagjaar werden de stukken uit de
collectie Schimmelpenninck van der Oije, die voor overdracht
aan verscheidene archieven in aanmerking kwamen (zie mijn ver
slag over 1941), aan die archieven toegezonden. Het rijksarchief
in Arnhem verwierf het leeuwenaandeel met een groot aantal
stukken uit het archief Van Spaen-Biljoen.
Verscheidene malen werden ten behoeve van prof. Oppermann
in Utrecht foto's van in het gemeente-archief aanwezige charters
vervaardigd.
Het aantal bezoekers bedroeg in 1942 140. Geregeld werden
hier ten behoeve van bezoekers stukken van elders gedeponeerd.
Het aantal aanwinsten van de bibliotheek bedroeg afgezien
van de afleveringen van loopende tijdschriften en van de geregeld
binnenkomende verslagen 5 boekwerken.
April 1943.
De archivaresse
W. E. SMELT
Bijlage K.
VAN DE STICHTING