18
19
is de heer H. Jonker; hij wordt bijgestaan door een medicus-narcotiseur
(G. Fuhri Snethlage), die van de gemeente voor iedere narcose een vergoeding
van f 5 ontvangt. De eventueel noodige bacteriologische onderzoekingen worden
verricht door dr F. van Assendelft te Brummen, die daarvoor een toelage
van f 100 per jaar ontvangt.'
De functie van controleerend geneesheer werd door dr A. S. van I n g e n
te Arnhem tot 1 November vervuld. Met ingang van dien datum werd hem,
overeenkomstig zijn verzoek, eervol ontslag uit die betrekking verleend.
Ter voorziening in de vacature door het ontslag van dr Van Ingen ontstaan,
werd per 1 November met de Coöperatieve Vereeniging „Centraal
Beheer" G. A. te Amsterdam een regeling getroffen ten aanzien van het opdragen
aan den medischen dienst van die vereeniging van de ten behoeve van de
gemeente noodig geachte geneeskundige controles, als
controle op de ten laste van de gemeente in een ziekenhuis op te nemen of
opgenomen patiënten
controle op tewerkgestelde of in de steunregeling opgenomen arbeiders
controle op ondersteunden van het burgerlijk armbestuur.
Voor Centraal Beheer treedt als controleerend geneesheer op de heer G. J.
van Westendorp, arts te Warnsveld.
De heer E. Tielenius Kruythoff was gedurende het verslagjaar wederom
belast met het verrichten van de doodschouw, waarvoor hij een belooning
genoot van f 100 per jaar. Als zijn plaatsvervanger werd aangewezen de heer
G. Fuhri Snethlage.
Verder zijn er twee gemeente-vroedvrouwen, die een bezoldiging genieten van
f 1000 per jaar, telkens na twee dienstjaren verhoogd met f 75 tot een maximum
van f 1300.
Stedelijk Ziekenfonds en Ziekenhuisverplegingsfonds.
In de nieuwe sociale voorzieningen, zooals die zijn neergelegd in het op 1
November 1941 in werking getreden Ziekenfondsenbesluit, vond de burgemeester
aanleiding om over te gaan tot opheffing ingaande 1 April 1942 van het Stedelijk
Ziekenfonds, het z.g. Driecents-fonds, dat sedert omstreeks 1864 minvermogenden
in staat stelde, dank zij het gemeentelijk subsidie, tegen een zeer geringe contri
butie van drie cent per week en per persoon, geneeskundige hulp en medicijnen
te verkrijgen.
Bij de opheffing bedroeg het aantal leden nog slechts 95.
Uit het verslag over 1941 blijkt reeds, dat het Ziekenfondsenbesluit eveneens
van grooten invloed is geweest op het Ziekenhuisverplegingsfonds, dat sedert zijn
oprichting op 2 October 1931, eveneens met subsidie der gemeente, ingezetenen,
wier inkomen niet boven een bepaald bedrag uitging, verzekerde tegen de kosten
van ziekenhuisverpleging.
Bedroeg het aantal leden op 31 October 1941 nog 10701, tengevolge van de
omstandigheid dat de ingevolge het Ziekenfondsenbesluit „verplicht verzekerden"
zich moesten aansluiten bij het Algemeen Ziekenfonds „Zutphen" daalde het
aantal leden van het Ziekenhuisverplegingsfonds op 1 November 1941 tot 4968
„vrijwillig verzekerden".
Na overleg tusschen het gemeentebestuur en het bestuur van het Ziekenhuis
verplegingsfonds is door genoemd fonds besloten per 1 September 1942 tot
ontbinding over te gaan en de leden te adviseeren zich bij het Algemeen Zieken
fonds te verzekeren, dat deze leden bij „Nezifo" herverzekert. Met het gemeente
bestuur werd daarbij een toeslagregeling overeengekomen voor on- en minvermo
gende leden, die niet in staat zijn de verhoogde contributie-bedragen te betalen.
Wijkverpleging.
460 patiënten werden in de stad door de zusters verpleegd. Daarvoor werden
11545 bezoeken afgelegd.
In 249 gevallen werd assistentie verleend bij ziekentransport.
30 maal werd door de zusters laatste hulp verleend.
lederen dag werd van 1 tot 2 uur polikliniek in het wijkhuis gehouden. Daarbij
werden 2614 patiënten behandeld.
HOOFDSTUK XIV.
VOLKSONTWIKKELING EN OPVOEDING.
LAGER ONDERWIJS.
Gebouwen en terreinen.
Behalve hetgeen voor onderhoud noodzakelijk was, werden aan gebouwen en
terreinen geen werkzaamheden verricht. De bouw van het gymnastieklokaal aan
het Hagepoortplein, waarvoor in het vorige jaar aan de Vereeniging tot bevor
dering van christelijk onderwijs gelden beschikbaar werden gesteld, werd nog niet
uitgevoerd slechts werd de waarde van het woonhuis, dat ten behoeve daarvan
moet worden gesloopt, aan de Vereeniging uitbetaald.
Voor de legering van soldaten werden door het duitsche leger in beslag
genomen het gebouw van school G aan den Tadamasingel, dat aan de David
Evekinkscraat van de school voor buitengewoon l.o., de gebouwen van de drie
r.k. scholen en dat van de chr. school aan de David Evekinkstraat. Al deze
scholen vonden weder onderdak, zij het ook dat de huisvesting soms primitief
was. Slechts de school voor b.l.o. moest eenigen tijd geduld oefenen eer zij
elders kon worden geherbergd.
Joodsche School.
Van 1 September af heeft de gemeente ingevolge departementale aanschrijving
met het lager onderwijs aan joodsche kinderen geen bemoeiingen meerdit onder
wijs zou voortaan door den Joodschen Raad te Amsterdam beheerd en gefinancierd
worden. De kosten van de joodsche school, de salarissen inbegrepen, zijn van
de oprichting af door de gemeente betaald en zouden gerestitueerd worden. Aan
deze toezegging is echter niet voldaan, zoodat zij ten laste van de gemeente bleven.
Als gevolg van de geleidelijke wegvoering van joodsche gezinnen nam het
aantal leerlingen steeds af.
Voor een overzicht
le. van het aantal leerlingen der verschillende scholen voor lager onderwijs
2e. der leerlingen van het lager onderwijs, die naar andere inrichtingen van
onderwijs vertrokken
3e. van het aantal leerlingen van het lager onderwijs, dat bij de jaarlijksche
bevordering niet overging
4e. van de ontvangsten en uitgaven over 1942, betreffende het lager onderwijs
(gewone dienst)
moge worden verwezen naar de als bijlage W opgenomen overzichtstaten.
MIDDELBAAR- EN HANDELSONDERWIJS.
Voor de hoogere burgerschool, het christelijk lyceum en de handelsscholen moge
worden verwezen naar het hierachter gevoegd verslag (bijlage E) der commissie
van toezicht op het middelbaar onderwijs. Een financieel overzicht van de hoogere
burgerschool en handelsavondschool volgt hieronder.
Hoogere Burgerschool (A en B).
Uitgaven. f 97.130.
Ontvangsten (waaronder aan schoolgelden f 10.587) 45.148.
Netto-kosten f 51.982.