142 Zomer- en stoppelknollen. Zomerknollen worden niet verbouwd. De opbrengst der stoppelknollen was goed. De vorst deed aan liet gewas geen schade, zoodat liet nog tot half December voor veevoeding geschikt was. Groen gemaaide klaver. (Klaverhooi, le en 2e snede). Van de groen gemaaide klaver was de le snede buitengewoon goed, ook de 2e snede leverde een flinke opbrengst. Wei- en hooilanden. De opbrengst van de wei- en hooilanden was zeer goed, de eerste snede hooigras zelfs buitengewoon. De hooge ljsselstand in Juni en Juli richtte echter op sommige laag- en middelhoog gelegen buitendijksche gronden veel schade aan, terwijl op andere laag gelegen perceelen het kwelwater schade deed. Door den lioogen waterstand vond de hooioogst later plaats dan normaal. Tijdens de periode van den hooioogst waren de weersomstandigheden zeer gunstig, zoodat het hooi puik gewonnen werd. De naweide en de tweede snede gaven ook een hooge opbrengst. Tuinbouw. Voor den tuinbouw was 1926 ongunstig. Wel was de opbrengst der meeste producten goed tot zeei goed, doch de prijzen waren buitengewoon laag. Oorzaken hiervan waren de hooge invoerrechten in Duitschland en de lage koers der Belgische en Fransche franc. 143 Vruchtenteelt. De kersenoogst was vrij goed, de pruimenoogst matig, de appeloogst slecht en de perenoogst over vloedig. De kwaliteit van appels en peren was beneden het gemiddelde. De appelprijzen waren hoog, die van de peren laag. Kwcrkerijen en vruchtboomen. Voor de boomkweekerijen was 1926 over het algemeen een gunstig jaar, daar de uitgeplante boomen niet door de droogte leden. Jonge iepen echter werden aangetast door de hier veel voorkomende iepenziekten. Proeven ter bestrijding dezer ziekte met mangaan- sulfaat gaven geen resultaat. Appelbloesemkever en wintervlinder veroorzaakten nogal schade; ook bloedluis kwam hier in een boomgaard voor. Kanker bij appel- boomen en monaliaziekte bij steenvruchten waren de schadelijkste zwamziekten. Over het algemeen leden de vruchtboomen nogal toen na den lioogen waterstand in Januari bij vallend water een vorstperiode intrad. Door de aan de takken hangende ijsmassa's werden vele boomen en takken beschadigd. Bijenteelt. Bijenteelt is in deze gemeente van weinig beteekenis. De opbrengst aan honing was matig, de prijzen iets hooger dan in 1925.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1926 | | pagina 73