96
Bij ons besluit van 29 April werd vergunning ver
leend tot het inrichten tot grafkelder van graf no. 525
in de le klasse.
Verslag betreffende den hoogen waterstand in
Januari 1926.
Op 28 December 1925 begon te Keulen de Rijn plotse
ling zeer sterk te wassen en bereikte daar op 2 Januari
den hoogsten stand n.l. 9.81 M. plus Oude nul of
11 c M. hooger dan den hoogsten stand in 1920.
Tengevolge hiervan alsmede door de geweldige
hoeveelheden regenwater, welke ook in ons land eind
December vielen, kregen we ook in Zutphen plotseling
een buitengewoon hoogen rivierstand.
Reeds op 2 Januari werd begonnen met het nemen
van de noodige maatregelen en stelden wij ons in
verbinding met den burgemeester der gemeente Brummen
omtrent aanleg van een dam langs den Voorsterweg,
vanaf de Hoven tot bij het Station Voorst. Overeen
gekomen werd dat Brummen het gedeelte vanaf den
Tondenschen weg tot station Voorst zou ophoogen
en Zutphen het overige deel, terwijl Zutphen ook zoo
noodig maatregelen zou treffen om een overloopen of
doorbreken der Voorsterkleidijk bij de steenfabriek
het Hoendernest te voorkomen. Vanwege de gemeente
Zutphen werd direct daarop begonnen met het aan
leggen van den dam tusschen het oude tolhuis en de
97
Hoven. Op Zaterdagmiddag en Zondag werd er den
geheelen dag gewerkt met het geheele vaste personeel,
15 losse grondwerkers en een 20-tal werkloozen.
In den nacht van 2 op 3 Januari begon de Voorster
kleidijk reeds over een grooten afstand over te loopen.
Deze dijk ligt met het laagste gedeelte op zoodanig
peil, dat het bij een stand te Zutphen van ongeveer
8.20 plus N.A.P. begint over te loopen.
Op 3 Januari namiddags verzocht de heer Me ij es
hulp om het water bij de steenfabriek te keeren aan
gezien ook hier de Voorsterkleidijk reeds begon over
te loopen en wilde men het water aan den Voorsterweg
kunnen keeren, dan moest dit overloopen voorkomen
worden. In den nacht van 3 op 4 Januari kwam het
water vóór de dammen aan den Voorsterweg te staan
en bleef wassen tot den volgenden nacht. Toen bleek
de polder volgeloopen. Dit volloopen geschiedde veel
langzamer dan in 1920.
Op Maandag 4 Januari was de waterstand te Zutphen
8.72 -f- N.A.P.ook dezen dag werd nog steeds
voortgegaan met het ophoogen en versterken der
dammen en dijken. Vooral de dijk bij de steenfabriek
was slecht en hier werd den heelen dag gewerkt met
meer dan 20 grondwerkers; een gedeelte werd met
planken en zandzakken versterkt. Verder werd ten
noorden van het Geldersch hoofd waar de dijk reeds
een dag had geloopen nog weer over ongeveer 800 M.
lengte een dam gezet.
Op Dinsdag 5 Januari bereikte het water zijn hoogsten
stand n.l. 8.82 M. N.A.P., dus nog belangrijk boven
den hoogsten stand van 1920. Toen des morgens de