98
In verband met een op 17 September 1916 bij den
banketbakker J. H. Demmink in de Beukerstraat No. 5
plaats gehad hebbende schoorsteenbrand tengevolge
van het vuurvatten van een houten latei in den
schoorsteen, werd de eigenaar aangeschreven hierin
verandering te brengen, waaraan door den eigenaar
van het perceel werd voldaan.
Mej. de Wed. Korenblik te Brummen werd aange
schreven verandering aan te brengen in den bouw-
valligen toestand van den schoorsteen van het haar
toebehoorende perceel in de Spiegelstraat, waaraan
werd voldaan.
De overhangende borstwering van de aan den heer
R. Wigman toebehoorende huizen aan de Melatensteeg
Nos. 47 en 49, werd na aanschrijving hersteld en op
nieuw verankerd.
28 Februari 1916 werd door H. Koordeman vergunning
gevraagd voor het maken van een closetinrichting met
beerput en overstort naar het gemeenteriool voor
perceel Rozenhoflaan No. 8. De vergunning werd
door Burgemeester en Wethouders Verleend onder de
bepaling dat in stede van de aangevraagde 12l/2 c.M.
buizen, de leiding van het closet onder het bebouwde
perceel zou moeten bestaan uit 15 c/m geasphalteerd
gegoten ijzeren socket buizen. De leiding van \2ll% c/m
was echter reeds gelegd vóór de vergunning werd
aangevraagd. 21 Maart cl. a. v. richtte Koordeman een
verzoek aan Burgemeester en Wethouders om, hangende
een beroep van hem in deze aan den Raad, hem voor
waardelijk vergunning te willen verleenen. Hierop werd
door het Gemeentebestuur afwijzend beschikt.
99
Op 10 April besliste de Raad dat door Burgemees
ter en Wethouders geen buiswijdte kon worden voor
geschreven voor de leiding tusschen closet en beerput,
doch verklaarde de Raad zich niet bevoegd voor de
leiding van het privaat naar het gemeenteriool de
noodige vrijstelling van het verbod van art. 49 der
bouwverordening te verleenen. In verband met een aan
schrijving dd. 14 April 1916 van Burgemeester en
Wethouders aan Koordeman, tot het verwijderen van
de bestaande aansluiting op het gemeenteriool werd
deze aansluiting door hem weggenomen. Thans heeft
bedoeld perceel geen aansluiting op het gemeenteriool,
en is het de bedoeling van Koordeman zich andermaal
tot den Raad te wenden ten einde een wijziging van
de bouwverordening te verkrijgen.
Naar aanleiding van een klacht van eenige bewoners
van perceelen aan de Beekstraat over hinderlijke lucht
van een achter perceel No. 51 aanwezigen open mest
put, werd door den eigenaar hieraan tegemoet geko
men door deze (overdekte) mestbergplaats aan de zijde
van de aangrenzende bewoners te dichten.
In den hinder door belendenden ondervonden van
rook van de aan den Tadamasingel gelegen smederij
van P. van Gulik, werd, nadat den eigenaar van de
smederij herhaalde malen was aangezegd tot verhooging
van den schoorsteen over te gaan, hem ingevolge de
hinderwet een zoodanige bepaling als voorwaarde
opgelegd; wegens het ingebreke blijven om aan deze
nieuwe woorwaarden te voldoen, werd procesverbaal
tegen hem opgemaakt; daarna werd ten slotte de ver-
eischte verhooging van den schoorsteen aangebracht.
