Bijlage N.
2
Personeel.
Het personeel bestond op 31 December 1915 uit:
13 vaste werklieden,
8 vaste voerlieden,
1 vasten schilder,
1 tijdelijken hoefsmid-bankwerker,
1 tijdelijken timmerman,
1 tijdelijken werkman,
1 stalknecht, en
6 jeugdige werklieden.
Dit personeel wordt telkens naar behoefte met losse
arbeiders aangevuld.
De werkzaamheden worden voortdurend met ijver
door het personeel verricht.
Dit jaar behoefde wederom geen enkele straf te
worden opgelegd.
Den 4en Januari overleed de hoefsmid-bankwerker
W. J. UWLAND, nalatende eene vrouw met drie kin
deren, die thans pensioen ontvangen.
In zijne plaats werd tijdelijk aangesteld de hoefsmid
bankwerker A. VAN RHEEDE.
Door langdurige ziekte van twee werklieden en
door opkomst van vier werklieden onder de wapenen
voor de mobilisatie, was de post voor uitkeering vol
gens het werklieden-reglement weder niet toereikend.
Er werd volgens bedoeld reglement uitgekeerd:
voor verlofdagen f 189 21
vrij wegens familieomstandigheden
en militie 2058,72
ziekte en ongevallen 644,67*L
Totaal f 2892,óO1/^
Bijlage N.
3
Aan de werklieden werden dit jaar weder verstrekt:
twee blauwe kielen en broeken, een winterjekker, een
pet en twee linnen sloven; aan enkelen bovendien
nog wanten en klomplaarzen.
Vooral in de minder gunstige jaargetijden blijkt
telkens, dat het verschaffen van kleeding zeer nuttig
is; bij slecht weer moet bij dezen dienst dikwijls de
meeste arbeid verricht worden, zoodat de werklieden
vaak doornat worden, waarbij het bezit van de ge-
wenschte dienstkieeding dan eerst recht nuttig blijkt.
De kleederen der werklieden zijn bij dezen dienst
aan groote slijtage onderhevig en komen met de
vuilste stoffen in aanraking, zoodat het noodzakelijk
is, dat zij goed onderhouden en gereinigd worden.
Dit kan echter alleen dan afdoende verkregen worden,
wanneer die kleederen van gemeentewege worden
verstrekt. Het dragen van dienstkieeding doet den
werklieden bovendien veel beter de verplichting ge
voelen, zich in dienst der Gemeente behoorlijk te
gedragen en de te verrichten werkzaamheden goed
uit te voeren.
Inrichtingen,
De in het jaar 1914 gemaakte hooibergplaats blijft
goed voldoen en biedt voldoende ruimte. Aan de
bovenzijde zal het echter noodig zijn een gedeelte
dicht te maken voor het inregenen.
De wagenbergplaats kwam dit jaar geheel gereed,
alsmede de schilderswerkplaats. Zij voorzien uitstekend
in de reeds lang gevoelde behoefte naar een betere