Bijlage B.
32
mede te werken, gaf gevolg aan het nader schrijven van
den Centralen Gezondheidsraad, liet een groot aantal
exemplaren van dit geschrift drukken en deed daarna aan
elke woning in deze gemeente een of meerdere daarvan
uitreiken. In totaal werden op deze wijze bijna 5000
exemplaren verspreid.
Met voldoening maakt de Commissie melding van de
bereidwilligheid der Zutphensche Vereeniging tot bestrijding
der Tuberculose, om bovendien nog door hare tusschen-
komst tot de verspreiding van een aantal dezer geschriftjes
mede te werken. Tweehonderd exemplaren werden daartoe
aan die vereeniging tot dat doel gegeven.
Daar het de Commissie bekend was, dat door personen
wonende in de nabijheid der stallen van de cavalerie-
kazerne, veel last van vliegen werd ondervonden, richtte
zij een schrijven tot den garnizoenscommandant, om ook
zijne medewerking in de bestrijding van het vliegengevaar
te vragen.
Deze gaf in zijn antwoord aan de Commissie kennis,
daartoe gaarne bereid te zijnop zijne aanvrage werd hem
een aantal exemplaren van het geschriftje ter verspreiding
gezonden.
In Juni ontving de Commissie van een bakker het verzoek
hem te willen inlichten op welke wijze hij de vliegen kon
bestrijden, waarvan hij in zijne bakkerij veel last had.
De Commissie stelde een onderzoek in, waarbij haar
bleek dat deze vliegen in hoofdzaak door het raam aan
de straat binnenkwamen. Zij gaf in overweging dit raam
van vliegengaas te voorzien.
Bijlage B.
33
De Commissie stelt zich voor, ook in het volgend jaar
den strijd tegen het vliegengevaar met kracht voort te
zetten.
Naar aanleiding van het artikel over „benzolvergiftiging
door negrine", voorkomende in het maandblad van den
Centralen Gezondheidsraad van October 1915, richtte de
Gezondheidscommissie een schrijven tot den Directeur van
gemeentewerken en den Directeur der gemeentegasfabriek
en waterleiding om deze ambtenaren te waarschuwen,
tegen het gebruik dezer verfstof in ruimten die slecht
geventileerd kunnen worden.
Van den Hoofdinspecteur ontving de Gezondheidscom
missie eene circulaire, waarbij hij namens den Centralen
Gezondheidsraad hare aandacht vestigde op eene Commissie
bestaande uit de heeren: Prof. R. H. Saltet, Dr. M. G. Rin
geling, Dr. N. H. Swellengrebel en Dr. J. J. van Loghem,
die zich ten doel stelt een onderzoek te doen naar de
Nederlandsche rattenbevolking in verband met het pest-
gevaar. De Gezondheidscommissie werd uitgenoodigd ter
bereiking van dit doel, hare medewerking te willen ver-
leenen.
Na bespreking dezer circulaire kwam het de Commissie
wenschelijk voor, deze zaak aan te houden, totdat door
haar nadere inlichtingen hierover waren ingewonnen.
Daarna bleek dat het de bedoeling was na te gaan de
aanwezigheid van de zwarte rat, daar deze blijkbaar uit
sterft en door de bruine rat geheel wordt verdrongen.
Besloten werd pogingen in het werk te stellen tot het
vangen van enkele zwarte ratten en het verzamelen
van gegevens omtrent hare vind- en nestelplaatsen.