Bijlage B.
10
Van de overledenen waren 36 kinderen beneden 1 jaar
en 8 kinderen van 1—5 jaar.
De sterfte van kinderen beneden 1 jaar bedroeg 15.19%
en die van kinderen van 1—5 jaar 3.38% der totale sterfte.
Het aantal kinderen overleden minder dan een jaar oud,
bedroeg 9.09% van het aantal levend geboren kinderen.
Jaar.
Aantal overledenen. Beneden één jaar. Van 1
5 jaar.
1909
289
39
13.49%
23
7.95
1910
276
49
17.75%
18
6.52
1911
291
69
23.71
11
3.78
1912
285
43
15.09%
10
3.51
1913
278
41
14.75%
18
6.47
1914
237
36
15.19%
8
3.38
Aantal levend
Overledenen
Rijk
jaar.
geborenen.
beneden 1
jaar. ZutPlien
1909
416
39
9.37
9.93
1910
415
49
11.80
10.81
1911
406
69
17.—
13.72
1912
430
43
10.—
8.70
1913
427
41
9.60
9.15
1914
396
36
9.09
Omtrent de badgelegenlieden zijn geen mededeelingen
te doen. Voor het aantal baden wordt verwezen naar
bijlage V.
In de eerste dagen van September ontving de Commissie
van Burgemeester en Wethouders de vraag of zij het noodig
Bijlage B.
11
achtte, dat tot onmiddellijke sluiting van de Bad- en Zwem
inrichting in den IJssel werd overgegaan, in verband met
eene publicatie van den Burgemeester van Rhenen omtrent
typhusgevallen te Dieren voorgekomen. Na gehouden onder
zoek besloot de Commissie Burgemeester en Wethouders
te berichten, dat er bij haar geen aanleiding bestond, tot
deze sluiting te adviseeren.
HOOFDSTUK 111.
Toestand van water, bodem en lucht en hetgeen tot
verbetering daarvan is verricht.
a. Waterloopeti, Slooten, enz.
Hierover zijn geene mededeelingen te doen.
b. Verzameling en afvoer van vuil mestvaalten, goten, enz.)
Van een bewoner van den Marschweg ontving de Com
missie een klacht over stank, veroorzaakt door een ver
zameling van mest en vuil, gelegen aan een voetpad naast
zijne woning. Na bespreking verklaarde de huurder van
het bouwland waarop deze mestverzameling lag, zich be
reid haar te verplaatsen naar een ander gedeelte van zijn
grond, op voldoenden afstand van klagers woning gelegen,
waardoor de oorzaak dezer klacht werd weggenomen.
Een bewoner der Beukerstraat klaagde over stank in zijne
woning, naar zijn meening veroorzaakt door de in de na
bijheid gelegen zeepfabriek. Uit het onderzoek bleek, dat
deze stank veroorzaakt werd door een gebrek in de over-
stortleiding van den beerput dier woning. Na herstelling
dezer leiding werd geen stank meer waargenomen.