Bijlage B.
30
heeft zich dit jaar dan ook uitgestrekt tot het wittebrood
en het roggebrood van alle bakkers in deze gemeente die
bij de Commissie bekend waren, terwijl de uitvoerin» op
overeenkomstige wijze als in vorig jaar werd geregeld.
De resultaten van dit onderzoek met de daaruit getrokken
conclusies zijn als bijlage V aan dit verslag toegevoegd
Door de Commissie werd ter inzage ontvangen eene
agvaarding door den Ambtenaar van het Openbaar
Ministerie b,j de Politierechtbank te Luik gericht tot een
fabrikant alhier, wegens het verkoopen van worst, die met
eene te groote hoeveelheid zetmeelachtige bestanddeelen
was vermengd, en in strijd met de bepalingen omtrent
den verkoop daarvan, vastgesteld bij het (Belgisch) Kon
Besluit van 28 Mei 1901.
Het genoemde Kon. Besluit bepaalt, dat bij den verkoop
van vleeschwaren, bevattende meer dan 8% zetmeelachtige
stoffen, deze vermenging duidelijk door een plakbriefje
moet worden aangegeven.
De door den fabrikant toegevoegde hoeveelheid zetmeel
achtige bestanddeelen bedroeg in dit geval 16.06%.
Dezelfde dagvaarding had ook nog betrekking op het
tweemaal ten verkoop aanbieden van worst met kleurstof-
en vermengd, zonder daarbij in acht te nemen de bepa
lingen in bovenaangehaald Kon. Besluit vastgesteld. Daarbij
wordt bepaald dat de verkoop van vleeschwaren, vermengd
met kleurstoffen zonder duidelijke aanwijzing van deze
vermenging, verboden is.
i C°mmissie vond geen aanleiding in deze zaken
handelend, op te treden.
Aan Burgemeester en Wethouders werd naar aanleiding
Bijlage B.
31
van het geval van Febris typhoïdëa bij een melkverkooper
het verzoek gericht, te willen bevorderen dat in deze ge
meente eene verordening op den verkoop van melk worde
vastgesteld en daarbij tevens op te nemen bepalingen be
treffende de samenstelling en vervalsching van melk.
Aan dit verzoek werd dit jaar nog geen gevolg gegeven.
Evenmin kwamen verordeningen tot stand op den ver
koop van andere levens- en genotmiddelen, noch op de
vee- en vleeschkeuring. De Gezondheids-Commissie heeft
in vele voorafgaande jaarverslagen reeds op de vaststelling
van deze verordeningen aangedrongen.
HOOFDSTUK XI.
Uitvoering en handhaving van wetten en verordeningen.
Van het Gemeentebestuur zijn ontvangen:
1. Instructie voor de Gemeenteartsen, belast met den
geneeskundigen dienst (Gemeenteblad No. 209).
2. Verordening, regelende het geneeskundig onderzoek
van personen, die in aanmerking komen voor aanstelling
in den dienst der Gemeente (Gemeenteblad No. 210).
Van Burgemeester en Wethouders werd om advies ont
vangen een adres van de Nederlandsche Vereeniging van
Schoolartsen, aan den Raad dezer Gemeente ingediend,
waarin deze Vereeniging, met bericht dat zij zich tot de
Hooge Regeering heeft gewend, ten einde eene betere
regeling van het Geneeskundig Staatstoezicht op de be
smettelijke ziekten te verkrijgen, in afwachting daarvan
zich nu reeds wendt tot de Gemeenteraden van Nederland,
opdat door die Raden worden vastgesteld verordeningen,