Bijlage P.
28
In waarheids oirkonde hebben wij richter en sche
penen welgemeld onzer stads zegel aan dezen brief
doen hangen. Actum Zutphen den 10 February 1786.
Jacob Aalbert Lodewijk Frederik Carel van Nagell q. r.
Gerhard Everhard Op Gelder.
(Oorkonde op perkament, met uithangend zegel van
Zutphen in roode was, aanwezig in het archief van
het Ruitershofje.)
Bijlage P.
Bijlage IV.
29
Reglement
VAN HET
RUITERSHOFJE.
16 November 1789.
Deze zoo weduwen of armenhuysjesbestaande
uit 2 ryen huysjes als een ter slinkerhand van 7.
wooningen en een ter rechterhand van 8. woningen,
alle van eene verdiepinge, teegens over malkanderen op
de plaats uitkomende, en uit vier woningen van
twee verdiepingen twee aan ieder zijde der poort, voor
aan de straat uitziende, waarvan het naast ter linker-
zyde der poort, tot een poorterswooning zal verstrekken,
zullen aan behoeftigen, ordentelyke burgers en inge
zeten, ten minsten 8. jaren binnen deeze stad gewoond
hebbende, om hun leven lang bewoond te worden
tegen een bepaalde recognitie voor eens aan Anthony
Grote Broederschap, gegeven worden.
By het opekomen van een dezer huysjes zal de
inwooning derzelve aan niemand vergund worden,
tenzy van de Protestantte godsdienst, ten minsten
den ouderdom van 50. jaren ten vollen bereikt
hebbende, waarvan, alsmeede van hun goed gedrag
en onbesproken levenswyze ten genoegen van begeveren,
de behoorlyke bewyzen zullen moeten vertoond worden.
De bewoonderen zal het geenzints vrystaan, kost
gangers te houden, ook geen kind, veel min kinderen
