66
Zeer wenschelijk is de vollooiïng daarvan, aan
gezien bij het drukke vervoer met de zware vuil
niskarren over dat gedeelte, de weg, vooral bij voch
tig weer en bij dooiweer, te wenschen overlaat; het is
daarom gewenscht dat op de volgende begrooting een
post daarvoor worde gebracht.
Op den Stationsweg, een gedeelte van den Berkel-
singel en een gedeelte van den Coehoornsingel
werd opnieuw een proef genomen met eene
geteerde basaltlaag volgens het systeem Boesewinkel.
Op den Coehoornsingel en den Berkelsingel vol
deed deze zeer goed; op den Stationsweg minder,
hetgeen waarschijndelijk is toe te schrijven aan de
overmatige breedte en de minder goede afwatering
van den weg en de geringe dikte der basaltlaag.
Wanneer de toestand blijft als gedurende de laatste
maanden op de eerst genoemde wegen, verdient het
alle aanbeveling om op die wijze voort te gaan.
Verbetering van de wegen en vrijmaking van stof
kan daardoor dan zeer bevorderd worden. Het be
zwaar van de overtollige breedte van den Stationsweg
kan worden opgeheven door het plaatsen van eene
rij boomen, op een afstand van 2 a 3 meter uit de
trambaan.
De onderhoudskosten hebben bedragen ƒ3542,911 L,,
waaronder een bedrag van 628,— voor het aan
brengen en met de stoomwals walsen van eene
teerbasaltlaag op de genoemde wegen. De benoo-
digde basaltslag werd door de Gemeente verstrekt.
67
Waterleiding, Beken, Sluizen en Stuwen.
Deze zijn de navolgende:
Waterleidingen en beken
de oude IJssel en de Voorstondensche beek,
de Hoendernesterbeek,
de Tichelbeek,
de Polbeek,
de Berkel en de Laken buiten de voormalige Laar-
en Nieuwstadspoorten, voor zooverre deze niet langs
particuliere eigendommen loopen,
de Berkel of Molenbeek binnen de stad,
de Beek door de Varkensweide,
de Gracht langs den Coehoornsingel, verbinding
tusschen de Berkel en de Ziekenhuisgracht.
De verschillende waterleidingen en beken worden
naar behooren schoongemaakt, en onderhouden en
verkeeren over het algemeen in goeden toestand.
Het uitdiepen en verbreeden van de Polbeek, waar
mede het vorige jaar een begin werd gemaakt, kwam
dit jaar tot geheele voltooiing. Vooral het gedeelte
tusschen de Noord- en Oostveensche brug, was in
vervallen toestand geraakt, en geheel dicht gegroeid,
aangezien de verschillende eigenaren van den grond,
waardoor dat gedeelte van de beek loopt, in geen
jaren er naar hadden omgezien, tot nadeel van de
bovenliggende Gemeentegronden, welker afwatering be
lemmerd was.
Na bekomen machtiging van de eigenaren der aan
liggende gronden, kon tot de uitvoering worden over
gegaan de stand van het water was na de verbetering
O