'1 Bijlage B. 4 Van het verhandelde zijn de gedrukte notulen aan de Commissie toegezonden. De heer L. Kuiler heeft de Commissie vertegenwoordigd op het 12e Congres voor openbare gezondheidsregeling, dat den 5den en óden Juli 1907 te 's-Hertogenbosch is gehouden. Door den afgevaardigde is in de vergadering van 1 Augustus een uitgewerkt verslag uitgebracht, waaruit blijkt, dat de voornaamste op het congres behandelde punten zijn: Huisindustrie of huisarbeid, Bouwverordeningen ten plattenlande en Toepassing der woningwet. Vooral het laatste punt, ingeleid door den Inspecteur van de Volksgezondheid, Faber te Zwolle, is ook voor onze Commissie van groote beteekenis. De groote moeilijkheid om woningen, die in onbewoon- baren staat verkeeren, af te keuren bestaat in het onder dak brengen der bewoners. Stelselmatige ontruiming, b.v. ieder jaar een evenredig deel der onbewoonbare woningen, waarbij telkens de slechtsten te nemen zijn, verdient aan beveling. Dat evenwel nog zeer onvoldoende wordt in gegrepen, blijkt hieruit, dat het aantal onbewoonbare woningen in Nederland zeker mag gesteld worden op 65400 en er in 1905 ongeveer 660 zijn afgekeurd. Op deze wijze voortgaande zouden de thans aanwezige onbe woonbare woningen over honderd jaren opgeruimd zijn. De zittingen van den Voorzitter en den Secretaris op Dinsdag van 1 tot 2 uur hebben tot 1 Juli 1907 geregeld Bijlage B. 5 plaats gehad. Na de benoeming van den nieuwen Voor* zitter is nog geen bepaald uur aangewezen. Daar de Secretaris dagelijks ten zijnen kantore te spreken is, wordt de behoefte aan een vast spreekuur, waaraan vooral in spoedeischende gevallen ook bezwaren verbonden zijn, minder gevoeld. De Commissie wenscht te dezer plaatse nog eens te wijzen op het belang om klachten betreffende de volks gezondheid, volkshuisvesting, drinkwater, riolen, mest vaalten enz. ter harer kennis te brengen. Door op deze wijze met de Commissie samen werken is het mogelijk aan onhygiënische toestanden een einde te maken. De begrooting voor het jaar 1907 bedroeg in ontvangst en uitgaaf 1540, waarvan ten laste van de gemeente Zutphen 1140 (Bijlage 1). De rekening en verantwoording over het jaar 1906 is in de vergadering van 11 April vast gesteld en den 18den April 1907 door Burgemeester en Wethouders goedgekeurd. De ontvangsten bedroegen 1540, de uitgaven 1536,90.1. Het saldo 3,901 is bij den Gemeente-ontvanger gestort (Bijlage II). Afschrift van de goedgekeurde rekening is aan den Hoofdinspecteur toegezonden. De begrooting voor het jaar 1908 is tijdig, vergezeld van de memorie van toelichting, bij het gemeente-bestuur ingediend, terwijl afschriften aan Gedeputeerde Staten van Gelderland en aan den Hoofdinspecteur zijn gezonden. In het archief zijn opgenomen: Jaargang 1907 van Der Gesundheits-Ingenieur, Tijdschrift voor Sociale Hygiëne, Het groene en witte Kruis, Week blad voor de Melkhygiëne, Maandblad tegen de Kwak zalverij, Maandblad tegen de vervalschingen, Maandblad

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1907 | | pagina 90