Bijlage L.
5
GASFABRIEK.
AMBTENAREN, BEDIENDEN en FABRIEKSPERSONEEL.
Naar aanleiding van zijne benoeming in den Haag,
werd door den lieer W. Th. J. STEFFELAAR eervol
ontslag gevraagd als boekhouder, hetwelk hem werd
verleend met ingang van 1 November 1906. In ver
band hiermede werd door den Raad besloten, dat de
boekhouder in den vervolge benoemd zal worden
door Burgemeester en Wethouders en niet meer door
den Raad.
Tot zijn opvolger werd benoemd de heer A. L.
Grotenhuis, boekhouder aan de gemeente Gasfa
briek te Almelo, die den len December in dienst trad.
Den klerk DIJKLAND werd den titel verleend van
Adjunct-Boekhouder.
Als smidshandlanger werd vast aangesteld H. COR-
NEGOOR, die reeds als zoodanig dienst deed.
Tot lantaarnopsteker-poetser voor Warnsveld werd
voorloopig aangesteld A. MARSMAN, aldaar woon
achtig.
De machinist G. TERMAAT en de lantaarnopstekers
Th. J. J. Kaspers en H. A. Kooreman, werden als
zoodanig vast aangesteld.
De machinist-stoker J. BOSMAN werd als 2de machi
nist geplaatst bij de electrische inrichting en zijn plaats
ingenomen door den reserve machinist-stoker G. H.
TEERINK.
De reserve-stoker G. H. SCHUPPERS werd aangesteld
als eokesgasmaker,
