3°
gemeentegrond eene kade gelegd, ter hoogte van het
lijnpad langs den linker IJsseloever, ter lengte van
2315.M'., en eene afzonderlijke uitloozing voor de
gemeentelanderijen gemaakt, bestaande in een flin-
ken gemetselden uitlaatduiker, waarbij een gemetselde
pompkelder voor de centrifugaalpomp.
In gewone toestanden bijven nu de gemeentegronden
van het beekwater bevrijd, terwijl het regen- en kwel
water daarvan zonder bezwaar door de machine kan
afgemalen wordenzoodat meerdere zekerheid tot droog-
houden is verkregen.
De bovengenoemde werken, waartoe bij Raadsbesluit
d.d. 31 October 1898 machtiging werd verleend, wer
den op den 25 October 1898 aanbesteed voor de som
van 6280,-
In verband met den buitengewoon gunstigen lagen
waterstand werden door den aannemer H. A. Averdijk
de werken met kracht aangevangen en voortgezet, zoo
dat deze ongeveer 15 December 11. voor de iBte maal
werden opgeleverd. Daarna werd door plotselingen
snellen was der rivier het geheel geinundeerd, zoodat
de nieuwe aardewerken bijzonder goed zijn ingewaterd,
de noodige inklinking hebben kunnen verkrijgen, en
met grond mag worden verwacht, dat het geheel aan
de gestelde verwachtingen zal voldoen.
De terreinen aan den Houtwal werden opnieuw voor
zes jaar aan verschillende personen verhuurd tegen
2,50 en 4,per 100 MA
De toestand der landerijen in 1898 kan, op enkele uitzon
deringen naover het algemeen gunstig genoemd
worden.
De winter was ook dit jaar bijzonder zacht, alleen
in de maanden Februari en December daalde de ther
mometer enkele graden beneden het vriespunt. De
werkzaamheden konden daardoor geregeld voortgaan
alleen in het voorjaar ondervonden deze nog al eenige
vertragingniet alleen op de lage wei- maar ook op
de lage bouwlandendaar deze een geruimen tijd door
den hoogen waterstand overstroomd werdenen er
verscheiden pachters voor de tweede maal die gronden
moesten bewerken, bezaaien of beplanten, daar het
eerste gezaaide door het water was verloren gegaan.
Ook de koude regen- en hagelbuien belemmerden den
groei van vele voorjaarsgewassen, de nachtvorsten
deden nog al eenige schade, niet het minst aan de
vruchtboomen die, hoewel ze flink bloeiden, toch zoo
veel hadden geleden, dat er zeer weinig vruchten in
het najaar te oogsten waren.
Het vee kon, wat betreft het hooge weiland, op tijd
naar de weide worden gebracht, daar er voldoende
gras washet inscharen op de lage weiden kon eerst
geschieden in het laatst van Mei of begin Juni, daar
vóór dien tijd het weiland door het hooge water
overstroomd wasenkele pachters hadden het vee vóór
het hooge water in de weide gebracht, doch moesten
dat weer tijdelijk naar den stal brengen.
Niet alleen het buitendijks gelegen weilandmaar
ook het binnendijks gelegen land, had veel te lijden,
daar tijdens den hoogen waterstand op de rivier het en
kele dagen regende, zoodat het binnenwater spoedig
gelijk stond met het buitenwater.
Daar de lage weg naar Vierakker voor het grootste
31
