84
legde kapitalen van Instellingen van Weldadigheid nooit
meer kunnen worden omgezet in eene andere inet het
belang der Instelling meer strookende belemnuo- Deze
interpretatie der Armenwet toch had het Gewestelijk
Bestuur geleid tot het nemen van eenbij algemeene
aanschrijving aan de Besturen der Gemeenten in de Pro
vincie, door hem bekend gemaakt besluit, dat, zoo het
gehandhaafd bleetde fiuantiëele belangen van de lu
stellingen van Weldadigheid in deze Provincie ernstig
zoude benadeelen.
Burger Weeshuis.
In het College van Provisoren kwam in 1894 geene
verandering, dat College was op 31 Dec. van dit
jaar samengesteld als volgt
de heer A. J. Aij manPresident.
Ch. M. Henny, Yice-Pres.
G. Ljjsen, Secretaris.
v G. J. Ga rsen, 2e Secr.
De betrekking van Rentmeester-Wees vader werd ver
vuld door den heer J. B. Ivobus en die van Weesmoe-
der door zijne echtgenoote inej. P. Kobus—Leopold.
Het opzicht over landerijen enz. bleef opgedragen aan
I). W algemoed en over de gebouwen in de stad aan den
Architect J. Uiterwijk.
Op 1 Januari 1894 werden in het Weeshuis verpleegd
7 kinderen. Eén meisje verkreeg eene betrekking als
hoofd der bewaarschool te Aalten; één werd als dienst
meisje geplaatst; één jongen vertrok naar het Instructie-
85
Bataillon te Kampen, zoodat slechts 4 weezen in het
Gesticht bleven.
Buiten het Gesticht werden 6 kinderen verpleegd
terwijl een jongen zijne studie voortzet aan de Rijks
kweekschool voor onderwjjzers te Deventer.
Gedurende het jaar werd aan 98 halve weezen onder
stand verleend voor opvoeding en onderwijs, en wel
aan 50 halve weezen elk f 100,
In den loop van het jaar vermeerderde het aantal
nog met 14 halve weezen. De uitgave voor halve wee
zen bedroeg in 1894 f 8512,50.
5 ijf weezen ontvingen onderwijs op eene lagere school
en 4 hunner daarenboven privaat onderwijs.
In het Weeshuis werd een cursus in de nuttige hand
werken geopend, waaraan sedert April '94, 21 heele- en
halve weezen deelnemen.
De gebouwen, erven en landerijen, aan het Gesticht
behoorende, verkeeren in goeden staat. Yan twee boer
derijen onder Hengelo werden de daken vernieuwd, wat
eene uitgaaf eischte van f 2200,
De gezondheidstoestand in het Gesticht was wederom
zóó gunstig, dat in 1894 geen geneeskundige hulp
noo lig was.
De rekening der Instelling sloot over 1893 met een
batig saldo van f 9500,07 tegen f 7411,87s in 1892,
zijnde dus een vooruitgang van f 2088,19s.
oo
75,—
V V 50,
v v n n 25,