34
vijf leerlooierijen met 97 kuipen (waaronder zes die niet
gebruikt worden) op twee lijmziederijen tellende te zamen
25 knechtsop eene zeepziederij eene pottenbakkerij eene
steenbakkerij eene azijnfabriekeene moutwijnslokerij eene
chicoreifabriek vijf cementmolens door paarden bewogen
zes grutmolens en tivee katoenweverijen ongerekend de
gewone ambachten en bedrijven welke van meer algemee-
nen aard zijn waartoe kunnen gebragt worden de zich
alhier bevindende drie boekdrukkers en twee steendrukkers,
negen en tivintig timmerlieden met 120 knechts vier wa
genmakers met 10 knechts zeven schrijnwerkers met 20
knechts negen metselaars met 69 knechts twintig kagcliel
en grofsmeden met 37 knechts en zeven en vijftig bakkers
alsmede honderd negen en twintig tappers en kroeghouders,
welke laatste ongelukkig het grootste getal uitmaken, en
tot bewijs strekken dat ook hier het ligchaam en zielver-
dervend gebruik van sterke dranken in geene geringe mate
bestaat.
Afzonderlijke vermelding verdient nog de Protestanlsche
werkinrigting waarin gedurende de wintermaanden (behal
ve het touwplukken aan de huizen), vloermatten, manden
en tuinstoelen worden vervaardigd zoo als daarvan bij de
behandeling van het armwezen gewag is gemaakt.
Ook verdient nog de aandacht gevestigd te worden op
de scheepstimmerwerf van H. Wissink waar twee zooge
naamde langhellingen zijn daargesteld op welke de sche
pen en vaartuigen aan den voorsteven opgewonden en ge
heel buiten het water worden gebragt ten einde van on
deren de noodige herstellingen te kunnen ondergaan.
Gedurende het geschikte saisoen is door de schippers veel
gebruik van deze gelegenheid gemaaktom hunne vaartui
gen met den vereischten spoed te doen herstellen.
HOOFDSTUK XY.
Handel en scheepvaart.
Er zijn in 1852 langs deze stad den IJssel opgevaren
1198 schepen en afgevaren 1294, terwijl aan den wal voor
deze stad hebben aangelegd 792 zoodanige vaartuigen.
Yoorbij de stad zijn de rivier afgezakt naar elders bestemd
15 houtvlotten, metende, volgens opgaaf der kapiteins,
296700 vierkante voeten.
De voor den houthandel te Zutphen bestemde houtvlotten..
35
beliepen het getal van 6metendevolgens gelijksoortige
opgaaf, 124000 vierkante voeten.
De omvang van den hier gevesligden altijd nog zeer be
langrijken houthandel kan geenszins naar dezen aanvoer be
paald of afgemeten wordennaardien ook van de Berkel
eene aanzienlijke hoeveelheid kanthout wordt afgezonden
en bovendien dagelijks liet geheele jaar door, eene menig
te boomen per as wordt aangebragt.
Gedurende 1852 zijn 81 particuliere schepen, metende te
zamen 2483 tonnenvan hier naar elders met kanthout be
vracht terwijl ook in de veerschepen gedurig enkele par
tijen kanthout worden geladen.
Xiet alleen de twee houtzaagmolensmaar ook het gewo
ne zagen van kanlbout het aanvoerenverslepen inladen
en verwerken van hetzelve geven aan vele lieden een voor-
deeligen arbeid. En hoewel de levendigheid op de hout
wal afwisselend isblijft onze houthandel in weerwil der
meerdere concurrentie nog altijd dat bijzondere voordeel
behouden, dat dezelve alhier door velen wordt uitgeoefend.
Hiervan toch is liet gevolg dat de houtwal steeds van al
lerlei soort van hout voorzien isen dat b. v. een stuk
hetwelk bij den eenen niet wordt gevonden bij den an
deren wordt aangetroffen. Een koopman is dus altijd ver
zekerd datgene te zullen vinden wat hij behoeftwaar
in noodwendig eene groole aanbeveling van onzen houtwal
is gelegen en een middelom den aftrek te bevorderen.
In eek of ongemalen schors laat zich de handel ook eeni-
germate bepalen uit de daarmede bevrachte schepen een
getal van 24 hebbende bedragenmetende 1555 tonnen.
Daaraan zou echter nog moeten toegevoegd worden de
schors die voor rekening onzer handelaren naar bergplaat
sen in de nabuurschap dezer stad doch buiten de gemeen
te is gevoerd en van daar is verzonden.
Behalve op de twee genoemde voorwerpen van kanthout
en schors vermeenen wij de aandacht te 'mogen vestigen op
den aanvoer van raapkoeken welke door 65 vaartuigen
metende 5888 tonnenzijn aangevoerdalsmede op de lom
pen welke hier zijn gelost uit 14 schepen melende 622
tonnen en welke met onzen niet onbelangrijken papierhan
del in verband moet worden beschouwdmitsgaders op do
aardappelen, welke in 82 schepen, metende 4012 tonnen3